donderdag, oktober 30, 2008

American stories, American solutions: A 30 minute Obama ad

Labels:

woensdag, oktober 29, 2008

De wereld kiest Amerikaanse President

In Knack van deze week staat bij de surftips de website If the world could vote. Op deze site kunnen mensen van over de hele wereld hun stem laten horen wie zij als de volgende president willen, Barack Obama of John McCain. En wanneer we het voorlopige resultaat mogen geloven, dan wilt maar liefst 86,90% van de wereldbevolking dat Barack Obama de volgende president van Amerika wordt. Er zijn momenteel reeds 535.512 stemmen genoteerd uit 204 landen. Overal vallen bijna Stalinistische cijfers voor Obama op te merken. Enkel in Albanië en Macedonië behaalt John McCain een meerderheid en verder valt op dat hij in landen als Georgië, Tsjechië, Azerbeidzjan, Irak, Israël, Columbia of Venezuela ook goede scores haalt. Uit België waren er woensdagavond omstreeks 19u00 reeds 7.558 stemmen geregistreerd, waarvan 94,7% koos voor Barack Obama. U kan ook uw stem laten horen op de site If the world could vote.

Labels:

zondag, oktober 26, 2008

Lemar - If she knew

Labels: ,

Duffy - Rain on your parade

Labels: ,

Adele - Make you feel my love

Labels: ,

Alphabeat - What is happening

Labels: ,

Top 10

1. Kanye West: Love lockdown
2. The Script: The man who can't be moved
3. Ne-Yo: Miss Independent
4. Alphabeat: 10.000 nights
5. Gnarls Barkley: Who's gonna save my soul?
6. John Legend feat. Andre 3000: Green Light
7. Keane: Spiralling
8. The Ting Tings: Shut up and let me go
9. James Morrison: You make it real
10. Jamie Lidell: Little bit of feel good

Labels:

zaterdag, oktober 25, 2008

Nog 10 dagen te gaan: wordt het president McCain of president Obama?

De laatste rechte lijn is nu echt ingezet. In heel wat staten kan men nu al stemmen via de early vote en binnen 10 dagen zal de meerderheid van de kiezers gaan stemmen. Woensdagnacht/ochtend weten we dan eindelijk wie de nieuwe president van Amerika zal worden. Wordt het een McCain-Palin-administratie of een Obama-Biden-administratie? Tijd om zo kort voor de verkiezingen nog eens een blik te gunnen op de peilingen.

Laten we beginnen met de nationale polls. Na een dipje vorige week is Obama terug geklommen in de nationale polls. Volgens Real Clear Politics die een gemiddelde maakt van verschillende polls kiest 50,4% van de Amerikanen voor Obama en 42,6% voor McCain. Alle polls zijn uitermate gunstig voor Obama, zoals deze van Newsweek (53% - 41%) en ABC News/Washington Post (53% - 44%). Maar sommige polls wijzen er echter ook op dat de race nog heel dicht bij elkaar kan liggen. Associated Press/GfK heeft zijn peiling gelanceerd en daar is het verschil amper 1%. Wie de peiling leest, merkt echter dat van alle ondervraagden een grotere groep voor Obama kiest (het verschil is daar 10%), maar men heeft ook gekeken wie er van de ondervraagden ook uiteindelijk echt zal gaan stemmen en dan blijkt dat het verschil dus maar 1% zou zijn. Obama zal zijn aanhangers dus duidelijk moeten maken dat ze echt moeten gaan stemmen en dat elke stem wel degelijk telt. Zeker ook omdat een poll deze week liet zien dat er niet significant meer Obama-aanhangers deelnemen aan het early voting-proces dan McCain-aanhangers.

Tot daar de nationale polls. Zoals ik reeds een paar keer geschreven heb, zijn de nationale polls wel een indicatie, maar het gaat op 4 november vooral om het verzamelen van kiesmannen. Er wordt gekeken naar de verschillende staten apart. Wie in een staat de meeste stemmen krijgt, krijgt meteen alle kiesmannen van die staat achter zijn naam. Bedoeling is om 270 kiesmannen achter je naam te kunnen zetten. Zowel Real Clear Politics als Pollster hebben een voorlopige berekening gemaakt op basis van de verschillende peilingen die er per staat verschenen. Eerst kijkt men naar de staten waarbij men met zekerheid kan zeggen wie er zal winnen (de kandidaat ligt in de peilingen minstens 10% voor, ver buiten de foutenmarge van de peilingen dus). Op basis van deze analyse is het Obama-Biden-ticket reeds zeker van 255 kiesmannen, terwijl McCain en Palin achterop hinkelen met 137 kiesmannen. Ten tweede kijkt men naar de staten die leunen naar een bepaalde kandidaat. Dit betekent dat de kandidaat in de peilingen een voorsprong heeft tussen de 5 en 10%. Bij die berekening haalt Obama nog eens 51 extra kiesmannen binnen en McCain nog eens 20 extra kiesmannen. Ten derde zijn er de onbesliste staten, waar de voorsprong van een kandidaat dus kleiner is dan 5% en dus binnen de foutenmarge van de peilingen ligt. Er blijven volgens de berekening van Real Clear Politics en Pollster nog 75 kiesmannen voor het grijpen.

Maar het is dus duidelijk dat Obama in de voorlopige tussenstand nog steeds virtueel zeker is van het presidentschap met 306 kiesmannen. Toch moeten we in de berekening nog voorbehoud maken van Ohio met zijn 20 kiesmannen. Het gemiddelde van de polls wordt verstoord door 2 polls die Obama een voorsprong geven van meer dan 10 procent, terwijl zowel Fox News (Republikeins bolwerk) als NBC zeggen dat McCain de staat met een klein verschil van 1 à 2% wint. Ohio ligt dus eigenlijk nog een beetje op de wip. Maar hij mag Ohio nog verliezen, dan heeft Barack Obama nog steeds 286 kiesmannen en is hij nog steeds president. Hij zit dus nog altijd in een knusse zetel.

Er wordt in de media soms gesproken over een landverschuiving op de electorale kaart, voortvloeiende uit de Obama-tactiek die gaat voor een 52 staten-aanpak. Dat moet toch enigszins genuanceerd worden. Obama lijkt goed op weg naar een klinkende overwinning, maar de vaste rode Republikeinse bolwerken blijven Republikeins en de vaste blauwe Democratische bolwerken blijven Democratisch. Het is wel waar dat die Democratische bolwerken versterkt uit de verkiezingen komen, terwijl de Republikeinse bolwerken eerder verzwakt. Obama gaat vaak boven de scores van John Kerry 4 jaar geleden en de scores van Al Gore 8 jaar geleden, terwijl John McCain het heel wat moeilijker heeft om de scores van Bush te evenaren. Een voorbeeld daarvan is bijvoorbeeld Georgia. Bush behaalde de staat nog met een voorsprong van 16,6%. Nu staat McCain nog maar 5,2% voor. In Montana is het zelfs nog erger. Bush won de staat nog met 20,5% voorsprong, McCain heeft nu amper 3,3% voorsprong op Obama en een peiling van Montana State geeft Obama zelfs een voorsprong van 4%. Een scenario die al werkelijkheid is geworden in Indiana waar Obama de Bush-voorsprong van 20,7% helemaal heeft omgebogen tot een zeer lichte voorsprong van 0,5%, maar de laatste peilingen duiden op een veel grotere voorsprong. Ook North Carolina zou een ommekeer maken en de Republikeinen zien hun voorsprong van 12,4% verdwijnen als sneeuw voor de zon en in een voorsprong voor Obama veranderen. Hier geeft een laatste peiling echter McCain nog een voorsprong.

Desondanks is het toch nog niet zo’n grote landverschuiving als men soms hoopt. Het is alleen een feit dat de swingstates, die dan weer Republikeins, dan weer Democratisch stemmen, deze keer massaal allemaal voor Obama gaan. De voorbije 2 verkiezingen verdeelden beide kandidaten de staten nog mooi onder elkaar, zodat de einduitslag Bush-Gore 271-267 was en in 2004 Bush-Kerry eindigde op 286-252. Zoals de voorspellingen nu liggen zou de strijd Obama – McCain eindigen op 375-163, vergelijkbaar met de overwinningen die Clinton in de jaren ’90 behaalde. Alleen de popular vote kan misschien op een landverschuiving duiden. Op 4 november het antwoord.

Labels:

vrijdag, oktober 24, 2008

The New York Times kiest voor Barack Obama

Hyperbole is the currency of presidential campaigns, but this year the nation’s future truly hangs in the balance.

The United States is battered and drifting after eight years of President Bush’s failed leadership. He is saddling his successor with two wars, a scarred global image and a government systematically stripped of its ability to protect and help its citizens — whether they are fleeing a hurricane’s floodwaters, searching for affordable health care or struggling to hold on to their homes, jobs, savings and pensions in the midst of a financial crisis that was foretold and preventable.

As tough as the times are, the selection of a new president is easy. After nearly two years of a grueling and ugly campaign, Senator Barack Obama of Illinois has proved that he is the right choice to be the 44th president of the United States.



Mr. Obama has met challenge after challenge, growing as a leader and putting real flesh on his early promises of hope and change. He has shown a cool head and sound judgment. We believe he has the will and the ability to forge the broad political consensus that is essential to finding solutions to this nation’s problems.

In the same time, Senator John McCain of Arizona has retreated farther and farther to the fringe of American politics, running a campaign on partisan division, class warfare and even hints of racism. His policies and worldview are mired in the past. His choice of a running mate so evidently unfit for the office was a final act of opportunism and bad judgment that eclipsed the accomplishments of 26 years in Congress.

Given the particularly ugly nature of Mr. McCain’s campaign, the urge to choose on the basis of raw emotion is strong. But there is a greater value in looking closely at the facts of life in America today and at the prescriptions the candidates offer. The differences are profound.

Mr. McCain offers more of the Republican every-man-for-himself ideology, now lying in shards on Wall Street and in Americans’ bank accounts. Mr. Obama has another vision of government’s role and responsibilities.

In his convention speech in Denver, Mr. Obama said, “Government cannot solve all our problems, but what it should do is that which we cannot do for ourselves: protect us from harm and provide every child a decent education; keep our water clean and our toys safe; invest in new schools and new roads and new science and technology.”

Since the financial crisis, he has correctly identified the abject failure of government regulation that has brought the markets to the brink of collapse.

The Economy

The American financial system is the victim of decades of Republican deregulatory and anti-tax policies. Those ideas have been proved wrong at an unfathomable price, but Mr. McCain — a self-proclaimed “foot soldier in the Reagan revolution” — is still a believer.

Mr. Obama sees that far-reaching reforms will be needed to protect Americans and American business.

Mr. McCain talks about reform a lot, but his vision is pinched. His answer to any economic question is to eliminate pork-barrel spending — about $18 billion in a $3 trillion budget — cut taxes and wait for unfettered markets to solve the problem.

Mr. Obama is clear that the nation’s tax structure must be changed to make it fairer. That means the well-off Americans who have benefited disproportionately from Mr. Bush’s tax cuts will have to pay some more. Working Americans, who have seen their standard of living fall and their children’s options narrow, will benefit. Mr. Obama wants to raise the minimum wage and tie it to inflation, restore a climate in which workers are able to organize unions if they wish and expand educational opportunities.

Mr. McCain, who once opposed President Bush’s tax cuts for the wealthy as fiscally irresponsible, now wants to make them permanent. And while he talks about keeping taxes low for everyone, his proposed cuts would overwhelmingly benefit the top 1 percent of Americans while digging the country into a deeper fiscal hole.

National Security

The American military — its people and equipment — is dangerously overstretched. Mr. Bush has neglected the necessary war in Afghanistan, which now threatens to spiral into defeat. The unnecessary and staggeringly costly war in Iraq must be ended as quickly and responsibly as possible.

While Iraq’s leaders insist on a swift drawdown of American troops and a deadline for the end of the occupation, Mr. McCain is still talking about some ill-defined “victory.” As a result, he has offered no real plan for extracting American troops and limiting any further damage to Iraq and its neighbors.

Mr. Obama was an early and thoughtful opponent of the war in Iraq, and he has presented a military and diplomatic plan for withdrawing American forces. Mr. Obama also has correctly warned that until the Pentagon starts pulling troops out of Iraq, there will not be enough troops to defeat the Taliban and Al Qaeda in Afghanistan.

Mr. McCain, like Mr. Bush, has only belatedly focused on Afghanistan’s dangerous unraveling and the threat that neighboring Pakistan may quickly follow.

Mr. Obama would have a learning curve on foreign affairs, but he has already showed sounder judgment than his opponent on these critical issues. His choice of Senator Joseph Biden — who has deep foreign-policy expertise — as his running mate is another sign of that sound judgment. Mr. McCain’s long interest in foreign policy and the many dangers this country now faces make his choice of Gov. Sarah Palin of Alaska more irresponsible.

Both presidential candidates talk about strengthening alliances in Europe and Asia, including NATO, and strongly support Israel. Both candidates talk about repairing America’s image in the world. But it seems clear to us that Mr. Obama is far more likely to do that — and not just because the first black president would present a new American face to the world.

Mr. Obama wants to reform the United Nations, while Mr. McCain wants to create a new entity, the League of Democracies — a move that would incite even fiercer anti-American furies around the world.

Unfortunately, Mr. McCain, like Mr. Bush, sees the world as divided into friends (like Georgia) and adversaries (like Russia). He proposed kicking Russia out of the Group of 8 industrialized nations even before the invasion of Georgia. We have no sympathy for Moscow’s bullying, but we also have no desire to replay the cold war. The United States must find a way to constrain the Russians’ worst impulses, while preserving the ability to work with them on arms control and other vital initiatives.

Both candidates talk tough on terrorism, and neither has ruled out military action to end Iran’s nuclear weapons program. But Mr. Obama has called for a serious effort to try to wean Tehran from its nuclear ambitions with more credible diplomatic overtures and tougher sanctions. Mr. McCain’s willingness to joke about bombing Iran was frightening.

The Constitution and the Rule of Law

Under Mr. Bush and Vice President Dick Cheney, the Constitution, the Bill of Rights, the justice system and the separation of powers have come under relentless attack. Mr. Bush chose to exploit the tragedy of Sept. 11, 2001, the moment in which he looked like the president of a unified nation, to try to place himself above the law.

Mr. Bush has arrogated the power to imprison men without charges and browbeat Congress into granting an unfettered authority to spy on Americans. He has created untold numbers of “black” programs, including secret prisons and outsourced torture. The president has issued hundreds, if not thousands, of secret orders. We fear it will take years of forensic research to discover how many basic rights have been violated.

Both candidates have renounced torture and are committed to closing the prison camp in Guantánamo Bay, Cuba.

But Mr. Obama has gone beyond that, promising to identify and correct Mr. Bush’s attacks on the democratic system. Mr. McCain has been silent on the subject.

Mr. McCain improved protections for detainees. But then he helped the White House push through the appalling Military Commissions Act of 2006, which denied detainees the right to a hearing in a real court and put Washington in conflict with the Geneva Conventions, greatly increasing the risk to American troops.

The next president will have the chance to appoint one or more justices to a Supreme Court that is on the brink of being dominated by a radical right wing. Mr. Obama may appoint less liberal judges than some of his followers might like, but Mr. McCain is certain to pick rigid ideologues. He has said he would never appoint a judge who believes in women’s reproductive rights.

The Candidates

It will be an enormous challenge just to get the nation back to where it was before Mr. Bush, to begin to mend its image in the world and to restore its self-confidence and its self-respect. Doing all of that, and leading America forward, will require strength of will, character and intellect, sober judgment and a cool, steady hand.

Mr. Obama has those qualities in abundance. Watching him being tested in the campaign has long since erased the reservations that led us to endorse Senator Hillary Rodham Clinton in the Democratic primaries. He has drawn in legions of new voters with powerful messages of hope and possibility and calls for shared sacrifice and social responsibility.

Mr. McCain, whom we chose as the best Republican nominee in the primaries, has spent the last coins of his reputation for principle and sound judgment to placate the limitless demands and narrow vision of the far-right wing. His righteous fury at being driven out of the 2000 primaries on a racist tide aimed at his adopted daughter has been replaced by a zealous embrace of those same win-at-all-costs tactics and tacticians.

He surrendered his standing as an independent thinker in his rush to embrace Mr. Bush’s misbegotten tax policies and to abandon his leadership position on climate change and immigration reform.

Mr. McCain could have seized the high ground on energy and the environment. Earlier in his career, he offered the first plausible bill to control America’s emissions of greenhouse gases. Now his positions are a caricature of that record: think Ms. Palin leading chants of “drill, baby, drill.”

Mr. Obama has endorsed some offshore drilling, but as part of a comprehensive strategy including big investments in new, clean technologies.



Mr. Obama has withstood some of the toughest campaign attacks ever mounted against a candidate. He’s been called un-American and accused of hiding a secret Islamic faith. The Republicans have linked him to domestic terrorists and questioned his wife’s love of her country. Ms. Palin has also questioned millions of Americans’ patriotism, calling Republican-leaning states “pro-America.”

This politics of fear, division and character assassination helped Mr. Bush drive Mr. McCain from the 2000 Republican primaries and defeat Senator John Kerry in 2004. It has been the dominant theme of his failed presidency.

The nation’s problems are simply too grave to be reduced to slashing “robo-calls” and negative ads. This country needs sensible leadership, compassionate leadership, honest leadership and strong leadership. Barack Obama has shown that he has all of those qualities.

Bron: www.nytimes.com

Labels:

zondag, oktober 19, 2008

Top 10

1. Kanye West: Love lockdown
2. Gnarls Barkley: Who's gonna save my soul?
3. Alphabeat: 10.000 nights
4. Ne-Yo: Miss Independent
5. The Script: The man who can't be moved
6. The Ting Tings: Shut up and let me go
7. John Legend feat. Andre 3000: Green light
8. James Morrison: You make it real
9. Kanye West feat. Chris Martin: Homecoming
10. Milow: Ayo technology

Labels:

vrijdag, oktober 17, 2008

The Washington Post kiest voor Obama

THE NOMINATING process this year produced two unusually talented and qualified presidential candidates. There are few public figures we have respected more over the years than Sen. John McCain. Yet it is without ambivalence that we endorse Sen. Barack Obama for president.

The choice is made easy in part by Mr. McCain's disappointing campaign, above all his irresponsible selection of a running mate who is not ready to be president. It is made easy in larger part, though, because of our admiration for Mr. Obama and the impressive qualities he has shown during this long race. Yes, we have reservations and concerns, almost inevitably, given Mr. Obama's relatively brief experience in national politics. But we also have enormous hopes.

Mr. Obama is a man of supple intelligence, with a nuanced grasp of complex issues and evident skill at conciliation and consensus-building. At home, we believe, he would respond to the economic crisis with a healthy respect for markets tempered by justified dismay over rising inequality and an understanding of the need for focused regulation. Abroad, the best evidence suggests that he would seek to maintain U.S. leadership and engagement, continue the fight against terrorists, and wage vigorous diplomacy on behalf of U.S. values and interests. Mr. Obama has the potential to become a great president. Given the enormous problems he would confront from his first day in office, and the damage wrought over the past eight years, we would settle for very good.

The first question, in fact, might be why either man wants the job. Start with two ongoing wars, both far from being won; an unstable, nuclear-armed Pakistan; a resurgent Russia menacing its neighbors; a terrorist-supporting Iran racing toward nuclear status; a roiling Middle East; a rising China seeking its place in the world. Stir in the threat of nuclear or biological terrorism, the burdens of global poverty and disease, and accelerating climate change. Domestically, wages have stagnated while public education is failing a generation of urban, mostly minority children. Now add the possibility of the deepest economic trough since the Great Depression.

Not even his fiercest critics would blame President Bush for all of these problems, and we are far from being his fiercest critic. But for the past eight years, his administration, while pursuing some worthy policies (accountability in education, homeland security, the promotion of freedom abroad), has also championed some stunningly wrongheaded ones (fiscal recklessness, torture, utter disregard for the planet's ecological health) and has acted too often with incompetence, arrogance or both. A McCain presidency would not equal four more years, but outside of his inner circle, Mr. McCain would draw on many of the same policymakers who have brought us to our current state. We believe they have richly earned, and might even benefit from, some years in the political wilderness.

OF COURSE, Mr. Obama offers a great deal more than being not a Republican. There are two sets of issues that matter most in judging these candidacies. The first has to do with restoring and promoting prosperity and sharing its fruits more evenly in a globalizing era that has suppressed wages and heightened inequality. Here the choice is not a close call. Mr. McCain has little interest in economics and no apparent feel for the topic. His principal proposal, doubling down on the Bush tax cuts, would exacerbate the fiscal wreckage and the inequality simultaneously. Mr. Obama's economic plan contains its share of unaffordable promises, but it pushes more in the direction of fairness and fiscal health. Both men have pledged to tackle climate change.

Mr. Obama also understands that the most important single counter to inequality, and the best way to maintain American competitiveness, is improved education, another subject of only modest interest to Mr. McCain. Mr. Obama would focus attention on early education and on helping families so that another generation of poor children doesn't lose out. His budgets would be less likely to squeeze out important programs such as Head Start and Pell grants. Though he has been less definitive than we would like, he supports accountability measures for public schools and providing parents choices by means of charter schools.

A better health-care system also is crucial to bolstering U.S. competitiveness and relieving worker insecurity. Mr. McCain is right to advocate an end to the tax favoritism showed to employer plans. This system works against lower-income people, and Mr. Obama has disparaged the McCain proposal in deceptive ways. But Mr. McCain's health plan doesn't do enough to protect those who cannot afford health insurance. Mr. Obama hopes to steer the country toward universal coverage by charting a course between government mandates and individual choice, though we question whether his plan is affordable or does enough to contain costs.

The next president is apt to have the chance to nominate one or more Supreme Court justices. Given the court's current precarious balance, we think Obama appointees could have a positive impact on issues from detention policy and executive power to privacy protections and civil rights.

Overshadowing all of these policy choices may be the financial crisis and the recession it is likely to spawn. It is almost impossible to predict what policies will be called for by January, but certainly the country will want in its president a combination of nimbleness and steadfastness -- precisely the qualities Mr. Obama has displayed during the past few weeks. When he might have been scoring political points against the incumbent, he instead responsibly urged fellow Democrats in Congress to back Mr. Bush's financial rescue plan. He has surrounded himself with top-notch, experienced, centrist economic advisers -- perhaps the best warranty that, unlike some past presidents of modest experience, Mr. Obama will not ride into town determined to reinvent every policy wheel. Some have disparaged Mr. Obama as too cool, but his unflappability over the past few weeks -- indeed, over two years of campaigning -- strikes us as exactly what Americans might want in their president at a time of great uncertainty.

ON THE SECOND set of issues, having to do with keeping America safe in a dangerous world, it is a closer call. Mr. McCain has deep knowledge and a longstanding commitment to promoting U.S. leadership and values.

But Mr. Obama, as anyone who reads his books can tell, also has a sophisticated understanding of the world and America's place in it. He, too, is committed to maintaining U.S. leadership and sticking up for democratic values, as his recent defense of tiny Georgia makes clear. We hope he would navigate between the amoral realism of some in his party and the counterproductive cocksureness of the current administration, especially in its first term. On most policies, such as the need to go after al-Qaeda, check Iran's nuclear ambitions and fight HIV/AIDS abroad, he differs little from Mr. Bush or Mr. McCain. But he promises defter diplomacy and greater commitment to allies. His team overstates the likelihood that either of those can produce dramatically better results, but both are certainly worth trying.

Mr. Obama's greatest deviation from current policy is also our biggest worry: his insistence on withdrawing U.S. combat troops from Iraq on a fixed timeline. Thanks to the surge that Mr. Obama opposed, it may be feasible to withdraw many troops during his first two years in office. But if it isn't -- and U.S. generals have warned that the hard-won gains of the past 18 months could be lost by a precipitous withdrawal -- we can only hope and assume that Mr. Obama would recognize the strategic importance of success in Iraq and adjust his plans.

We also can only hope that the alarming anti-trade rhetoric we have heard from Mr. Obama during the campaign would give way to the understanding of the benefits of trade reflected in his writings. A silver lining of the financial crisis may be the flexibility it gives Mr. Obama to override some of the interest groups and members of Congress in his own party who oppose open trade, as well as to pursue the entitlement reform that he surely understands is needed.

IT GIVES US no pleasure to oppose Mr. McCain. Over the years, he has been a force for principle and bipartisanship. He fought to recognize Vietnam, though some of his fellow ex-POWs vilified him for it. He stood up for humane immigration reform, though he knew Republican primary voters would punish him for it. He opposed torture and promoted campaign finance reform, a cause that Mr. Obama injured when he broke his promise to accept public financing in the general election campaign. Mr. McCain staked his career on finding a strategy for success in Iraq when just about everyone else in Washington was ready to give up. We think that he, too, might make a pretty good president.

But the stress of a campaign can reveal some essential truths, and the picture of Mr. McCain that emerged this year is far from reassuring. To pass his party's tax-cut litmus test, he jettisoned his commitment to balanced budgets. He hasn't come up with a coherent agenda, and at times he has seemed rash and impulsive. And we find no way to square his professed passion for America's national security with his choice of a running mate who, no matter what her other strengths, is not prepared to be commander in chief.

ANY PRESIDENTIAL vote is a gamble, and Mr. Obama's résumé is undoubtedly thin. We had hoped, throughout this long campaign, to see more evidence that Mr. Obama might stand up to Democratic orthodoxy and end, as he said in his announcement speech, "our chronic avoidance of tough decisions."

But Mr. Obama's temperament is unlike anything we've seen on the national stage in many years. He is deliberate but not indecisive; eloquent but a master of substance and detail; preternaturally confident but eager to hear opposing points of view. He has inspired millions of voters of diverse ages and races, no small thing in our often divided and cynical country. We think he is the right man for a perilous moment.

Bron: www.washingtonpost.com

Labels:

donderdag, oktober 16, 2008

Het laatste presidentiële debat

Het was een ongelofelijke zware week voor John McCain. Barack Obama vergrootte zijn voorsprong tot op een bepaald moment meer dan 8 % (momenteel is het gemiddelde al gezakt naar 6,8% - maar in feite ligt het tussen de 5 en 6 % wanneer we de hoge 10%-scores en de lage 2%-score buiten beschouwing laten). Bij het aantal kiesmannen heeft Obama nog steeds meer dan 270 stemmen om verkozen te worden als president, waarvan nu reeds 249 vrijwel zeker zouden zijn. Hij kwam in een storm terecht omwille van de racistische praat die er op zijn bijeenkomsten werd geuit. Hij kreeg zelfs bakken kritiek over zich van zijn eigen aanhangers omdat hij Obama niet scherper aanviel. Na het weekend beloofde zijn campagne voor een heus keerpunt, maar dat bleek in het water te vallen. Zijn toespraak maandag ging vooral over het feit dat hij een vechter was en hij de laatste drie weken ging vechten. Over de economie wauwelde hij maar wat. Op dat zelfde moment gaf Barack Obama echter een half uur lange toespraak over hoe hij de economie zou redden. Dat dwong de McCain-campagne ertoe om dinsdag ook met een eigen plan op de proppen te komen, alleen was Obama ondertussen al met de veren gaan lopen. Het laatste presidentiële debat moest daar verandering in brengen.

De meningen zijn verdeeld of het hem nu gelukt is of niet. Iedereen is het er over eens dat hij zijn beste debat van het jaar hield. Alleen heeft hij Obama niet tot fouten kunnen dwingen en moest deze vooral presidentieel overkomen, wat hem lukte, waardoor vele mensen zeggen dat hij toch de winnaar is van dit debat. Een poll van CNN bevestigt deze weergave. Zelf heb ik de neiging om McCain het voordeel te geven, maar het is inderdaad waar dat hij Obama helemaal niet tot fouten heeft kunnen doen dwingen, waardoor het debat geen echte gamechanger is geworden en het toch meer een gelijkstand was. Een gelijkstand omdat ik vermoed dat geen van beide partijen de aanhangers van de tegenpartij echt hebben kunnen doen overtuigen om toch te switchen. Bovendien denk ik ook dat bij de onbeslisten er niemand echt nu 100% zeker zal zijn van zijn keuze. Wie al eerder naar Obama neigde, zag elementen om dit vermoeden te bevestigen. Het omgekeerde is voor McCain ook waar.

Toch geef ik dus McCain het voordeel van de twijfel omdat ik denk dat hij een goede job heeft gedaan en veel beter was dan de vorige keren. Hij beloofde zijn aanhangers om achter Obama te gaan en dat deed hij dan ook. Er waren, zeker in de eerste helft van het debat, voortdurend aanvallen op Obama en hij maakte af en toe ook een goed punt inzake bepaalde standpunten van Obama die niet altijd even duidelijk zijn. Hierbij hielp vooral Joe The Plumber, een nieuw begrip dat John McCain heeft geïntroduceerd. Na zijn maverick-hysterie leed hij gisteren aan een Joe The Plumber-hysterie. Joe verwijst naar een bezoeker van een Obama-bijeenkomst die Obama vertelde dat hij het loodgietersbedrijf waar hij werkte kon overnemen. Het bedrijf heeft meer dan 250.000 $ inkomsten. Joe vroeg Obama of hij nu meer belastingen zou moeten betalen. En Obama legde hem uit dat dit inderdaad het geval zou zijn, maar legde ook uit waarom hij dit deed. (Je kan op CNN.com het fragment bekijken en je ziet daar hoe Obama zijn plan en zijn redenen uitstekend uitlegt). Voor John McCain was dit het perfecte rolmodel om aan te tonen dat Obama de belastingen toch zou verhogen en ook in andere onderwerpen, zoals gezondheidszorg, bracht John McCain Joe The Plumber ten berde. Nu dat werkte eigenlijk zeer goed in de eerste helft van het debat, maar John McCain bleef maar Joe opbrengen dat het een beetje genant werd. Het was duidelijk een Palinisme, waarbij je een catchphrase of beeld van buiten leert en het maar blijft gebruiken omdat je niets anders hebt geleerd tijdens je huiswerk.

Hij bracht ook William Ayers op, maar dan op een slinkse manier. De host bracht de kwestie op waarbij Sarah Palin Obama een terroristenvriendje noemde. Hij deed dat in het kader van negatieve campagne voeren. John McCain ging er eerst niet op in, maar toen het thema dreigde te verdwijnen en de kwestie dus niet aan bod dreigde te komen, moest hij het toch aan de orde brengen. Alleen bezorgde hem dat twee problemen. Hij bracht het op, Obama gaf een vage uitleg, maar McCain liet het eigenlijk voor wat het was. En dat zal de achterban misschien toch niet echt hebben doen bevallen. Bovendien deed Obama het verhaal ook af dat het verhaal meer vertelde over de campagne van McCain dan over hemzelf, zeker nu het verhaal wordt opgerakeld in tijden van een economische crisis. Het tweede probleem voor McCain was het feit dat de appreciatie van de kijkers tijdens het oprakelen van deze kwestie voor McCain de dieperik ingingen en dat dit hun beeld voor de rest van het debat en nadien zwaar overschaduwde. Veel meer mensen vonden McCain negatiever dan Obama.

Wat zeker ook een rol speelde in de negatieve gevoelens van kijkers tegenover McCain was het feit dat hij dat hij wel een sterke eerste helft speelde, maar in de tweede helft terugviel op oude gewoonten. Hij kon zijn misprijzen tegenover Obama niet langer verbergen, begon rare gezichten te trekken wanneer Obama aan het woord was, hij raakte sneller geïrriteerd en opgewonden (ook duidelijk merkbaar aan het hoorbare diepe ademhalen), hij maakte grapjes waar niemand mee moet lachen. Ik denk dat hij in de tweede helft zijn focus kwijt geraakte. Enerzijds omdat hij een paar ingestudeerde antwoorden had (wanneer het verwijt naar Obama toe dat hij Bush niet is en wanneer Obama tegen Bush wou campagne voeren hij het vier jaar geleden maar moest doen) en die raakten duidelijk snel opgebrand, anderzijds ook omdat hij Obama maar niet tot fouten kon dwingen en Obama ineens sterker naar voren kwam bij thema’s als gezondheidszorg. Hij kon de job helaas niet echt afmaken en begon terug naar voren te komen als een oude, zeurderige, gefrustreerde man.

Kijken we dan naar Obama, dan moet ik zeggen dat hij in de eerste helft van het debat zijn zwakste prestatie in de presidentiële debatten had neergezet. Hij incasseerde de slagen van McCain, bleef overeind, maar het begon blijkbaar toch wat zwaar te wegen. Hij lachte de aantijgingen vaak eerst weg, maar begon daarna toch wat zorgelijker te kijken. Ik denk dat hij dit debat toch ietwat vreesde en dat hij zich iets meer zorgde maakte over eventuele fouten die hij zou kunnen maken. Maar hij werd in de tweede helft van het debat heel wat beter, voelde zich meer in zijn sas bij een thema als gezondheidszorg waar hij echt mee scoort en kwam meer presidentieel over. Ook op een punt als het abortusstandpunt. Als Europeaan kijk je wel raar op naar het feit dat dit zo’n delicate kwestie is en een echte spelbreker in een verkiezingscampagne, maar in Amerika blijft het toch gevoelig. Obama maakte duidelijk dat hij wel voor abortus is, maar was presidentieel genoeg om ook de pro-life-aanhangers tegemoet te komen en te zoeken naar gemeenschappelijke strijdpunten.

Wat Obama ook sterker maakte in de tweede helft van het debat was het feit dat hij toch nog steeds positief kijkt naar de toekomst. Wanneer je de laatste woorden van McCain en de laatste woorden van Obama vergelijkt, dan had McCain het vooral over het verleden en dan zijn verleden, terwijl Obama wel het gefaalde beleid van de afgelopen 8 jaar ophaalde, maar toch vooral oog had op een zonnige toekomst. Daarnaast slaagde hij er ook weer in om connectie te maken met de gemiddelde Amerikaan. Bij gezondheidszorg haalde hij een voorbeeld aan van een ontmoeting die hij had tijdens zijn campagne met een doodgewone moeder en zoiets werkt. Bij McCain lukte dit ook wel met Joe The Plumper, maar alleen feliciteerde hij Joe vooral omdat deze rijk was, terwijl Obama met zijn voorbeeld eerder de gewone, gemiddelde man kon bereiken. Waar de Obama-aanhanger misschien wel iets minder tevreden over was, was het feit dat hij Sarah Palin niet echt aanpakte, toen deze ter sprake kwam. Hij loof haar politieke kwaliteiten en het feit dat ze de Republikeinse aanhang kon enthousiasmeren. Alleen, gezien de uitspraken van Palin de voorbije weken en de onzin die ze uitkraamde, is de vraag wat die politieke kwaliteiten dan wel mogen zijn en of Obama niet een beter antwoord had kunnen geven.

Uiteindelijk denk ik dat dit debat voor de kandidaten eigenlijk vooral hun eigen overtuigde aanhang hebben gesterkt in hun geloof. En dat is vooral voor McCain een goede zaak. Ik denk dat hij zijn eigen aanhang en zijn eigen campagneteam heeft kunnen overtuigen van zijn vechterskwaliteiten en dat is misschien al een keerpunt in zijn campagne. Bovendien kan hij nog even teren op Joe The Plumber die vandaag alle media overspoelen. Keerzijde is wel dat zijn agressieve aanpak niet pakt op de Obama-aanhangers, maar vooral niet op de onbeslisten en onpartijdigen. En dat kan hem nog duur komen te staan. Obama heeft misschien de zaak niet bezegeld, maar kwam wel voldoende rustig en presidentieel over dat dit debat hem ook geen kwaad heeft gedaan. Toch zullen we in de peilingen van het weekend en begin volgende week zien wat het echte effect van dit debat zal zijn geweest op de stemming van de campagnes. En er restten er ons nog minder dan drie weken tot de feitelijke verkiezingen. Dat is nog een hele tijd in politiek en we mogen John McCain dus nog niet helemaal afschrijven. Maar Obama staat al dicht bij de eindmeet en voorlopig heeft het debat daar nog niets aan verandert.

Labels:

zondag, oktober 12, 2008

McCain-aanhangers brengen haat in de campagne

Het gaat niet goed met de campagne van John McCain. Hij ligt momenteel zwaar achter in de peilingen. Het verschil nationaal is gegroeid tot 7,5% en bij de kiesmannen is Obama virtueel zeker van het presidentschap. De economische crisis heeft de kaarten zo zwaar door elkaar geschud dat de schuld helemaal bij de Republikeinen komt te liggen en helaas kan John McCain daar weinig aan veranderen. Men probeert daarom het thema van de verkiezingen te veranderen. Een medewerker van het McCain/Palin-team zei onlangs nog dat zolang ze over de economie zouden praten ze de verkiezingen niet zouden winnen. Men moet dus stoppen met over de economie te praten. Sarah Palin probeerde vorige week het thema te wijzigen door Obama te linken aan William Ayers, een voormalige terrorist die het Pentagon wou opblazen in de jaren ’60, maar nu hoogleraar is en in Chicago samenwerkte met Obama in een sociaal programma om het onderwijs te verbeteren. Palin noemde Obama “een terroristenvriendje”. Helaas lijkt deze aanzet, samen met de negatieve peilingen, helemaal te ontsporen tot een ware haatdragende boodschap van de McCain-aanhangers.

Zowel donderdag als vrijdag kregen McCain-aanhangers vrij spel om uiting te geven aan hun haat tegenover Obama. Een paar mensen spraken tijdens de townhall-meetings van McCain over Barack HUSSEIN Obama met de duidelijke nadruk op Obama’s tweede naam. Een ander koppel drukte zijn bezorgdheid uit omdat ze een kindje verwachten in april 2009 en enorm bang zijn van een (zwart) Obama-kabinet. Anderen noemden Obama dan weer een regelrechte terrorist. Een Palin-aanhanger riep zelfs "Dood hem" wanneer ze de link Obama-Ayers terug oprakelde. Op donderdag lieten McCain en Palin nog begaan, maar vrijdag werd het zo erg dat McCain wel moest ingrijpen. Hij riep op om wel te vechten tegen Obama, maar respectvol te blijven. Hij werd door zijn aanhangers getrakteerd op boegeroep. Op het koppel met hun komende baby zei hij dat hij een betere president zou zijn, maar dat men geen schrik moet hebben van een Obama-presidentschap en dat Obama een goed mens was. Dat leverde hem nog meer boegeroep op.

Het brengt McCain werderom in een zeer lastig parket. Zijn aanhangers zijn duidelijk gefrustreerd door de peilingen en Palin’s opmerking over terroristenvriendje heeft een vuur ontketend van racisme en haat. Ze vragen dan ook om Obama heel wat harder aan te pakken, vooral in het laatste debat van komende woensdag. Maar juist door hun hevige woede-uitbarstingen zorgen McCain’s aanhangers ervoor dat McCain juist op zijn tellen moet letten en dat hij een dunne koord moet bewandelen. Hij zal Obama harder op de korrel moeten nemen, maar elk woord zal komende woensdag gewikt en gewogen worden en elk verkeerd woord kan hem doen beschuldigen van racisme. Hij kreeg al heel wat commentaar te verduren deze week omwille van zijn “That one”-uitspraak en over het feit dat hij zijn afkeur voor Obama niet kan verbergen. Woensdag zal dat dus niet anders zijn. Maar hij zal toch ook een paar keer straf uit de hoek moeten komen of hij krijgt een deel van zijn aanhangers tegen zich.

Ondertussen probeert Obama geen extra olie op het vuur te gooien. Hij apprecieerde de pogingen van McCain om het publiek te kalmeren en zijn oproep tot respect. Hij riep ook op tot respect en ging dan over naar de orde van de dag. Alleen zijn aanhangers hebben iets meer moeite om zich in te houden. John Lewis, een zwarte Democraat uit Georgia, veroordeelde de haatdragende boodschappen van de McCain-aanhangers en beschuldigt John McCain en Sarah Pailin ervan “sowing the seeds of hatred and division”. Hierbij verwijst hij ook naar George Wallace, de gouverneur van Alabama in de jaren ’60 die door zijn haatdragende woorden ervoor zorgde dat 4 meisjes gedood werden bij een bomaanslag op een kerk in Birmingham. Het McCain-team noemde de uitspraken al schokkerend en ook het Obama-team distantieerde zich al van de uitspraken via een medewerker, maar benadrukte wel dat men akkoord ging om de haatdragende boodschappen tijdens de McCain-bijeenkomsten te veroordelen.

Ik denk dat beide kandidaten nu zullen proberen om de ganse zaak zo snel mogelijk achter zich te laten. Obama heeft er helemaal geen baat bij om de raskaart naar voor te schuiven. Bovendien moet Obama proberen de focus zoveel mogelijk bij de economie en de financiële crisis te houden, want dat levert hem alleen maar stemmen bij. McCain heeft ook geen baat bij de zaak omdat hij dan als racist dreigt afgeschilderd te worden, wat zijn campagne geen goed zal doen, maar hij zal toch moeten proberen om subtiel, maar duidelijk Obama aan te pakken om de steun van zijn aanhangers niet te verliezen. En zo dreigt McCain helemaal in de hoek te worden geduwd waaruit hij niet meer kan ontsnappen.

Labels:

Top 10

1. Kanye West: Love lockdown
2. Gnarls Barkley: Who's gonna save my soul?
3. Alphabeat: 10.000 nights
4. Kanye West feat. Chris Martin: Homecoming
5. James Morrison: You make it real
6. John Legend feat. Andre 3000: Green light
7. The Ting Tings: Shut up and let me go
8. Milow: Ayo Technology
9. Ne-Yo: Miss Independent
10. The Script: The man who can't be moved

Labels:

donderdag, oktober 09, 2008

Obama reeds virtueel zeker van presidentschap

Zaterdag gaf ik nog een tussenstand in de aanloop van de laatste maand in de koers naar het Witte Huis. Toen stond Obama nog op een zucht van de 270 kiesmannen die er nodig zijn om president te worden. Vandaag is een nieuwe poll verschenen over de staat Virginia (13 kiesmannen) waardoor Obama zijn voorsprong in deze staat vergroot tot 5 procent, wat voor Rear Clear Politics betekent dat de status van deze staat verandert van swing state naar leaning Obama. Hierdoor is Obama nu zeker van 221 kiesmannen en zouden 56 kiesmannen sterk leunen naar Obama, wat zijn totaal op 277 kiesmannen brengt waar hij zeker zou van mogen zijn. Hierdoor is hij momenteel virtueel de volgende president van Amerika (een kandidaat heeft namelijk 270 kiesmannen nodig om president te kunnen worden). Daarnaast verstevigt hij ook zijn voorsprong in de berekening van Rear Clear Politics waarbij men kijkt naar het gemiddelde van de verschillende polls en berekent wat de uitslag zou zijn als die polls de werkelijke uitslag zou zijn. Obama heeft in deze berekening ook Missouri in zijn kolom kunnen schrijven, waardoor hij nu leidt met 364 kiesmannen tegenover 174 kiesmannen voor McCain. Dat betekent dat er nu nog maar 1 swing state is waar McCain voorop loopt en dat is Indiani met 11 kiesmannen. Belangrijke opmerking blijft natuurlijk dat het polls zijn en niet de werkelijkheid. Daarnaast moet je ook rekening houden met foutenmarges en dan weet je dat er toch nog wat kan verschuiven. Bovendien steekt terug vaak het argument de kop op dat heel wat mensen in polls wel zeggen dat ze voor Obama zouden stemmen, maar in het kieshokje toch voor McCain zouden kiezen omdat ze niet echt klaar zijn voor een zwarte president. Het is een argument die voor een tweede keer de kop opsteekt op een moment dat Obama zwaar voor staat. Op 4 november weten we of racisme een factor zal spelen of niet.

Labels:

woensdag, oktober 08, 2008

Het tweede presidentiële debat

Vannacht werd het tweede presidentiële debat gehouden tussen John McCain en Barack Obama. Terwijl ik het eerste debat eigenlijk wel vrij interessant vond, was ik deze keer minder overtuigd. Een deel had te maken met het feit dat veel van de dingen die gezegd werden eigenlijk echo’s waren van het eerste debat, zodat we niet echt veel bijleerden. Anderzijds was er ook het feit dat de toon scherper werd en men vaak negatiever de toer opging. Men antwoordde eigenlijk niet op de vragen. Neen, de antwoorden waren vaak een opsomming van het oude stemgedrag van de andere kandidaat en dan vooral het foute stemgedrag. En misschien onthouden de kijkers dat inderdaad veel beter, zoals een studie onlangs aantoonde, maar het werkt niet voor mij. Ik hoor liever de kandidaten hun eigen plannen voorstellen voor de toekomst dan dat ze blijven zeuren over het oude stemgedrag van de andere. Tuurlijk is dat oude stemgedrag belangrijk om inzicht te krijgen in een kandidaat, maar je moet natuurlijk zelf ook kunnen zeggen wat je eigen plannen zijn.

Nu, ik moet wel eerlijk zeggen dat John McCain deze keer duidelijk beter zijn huiswerk had voorbereid dan vorige keer en dan vooral op economisch vlak. In het eerste debat bleef hij nogal vaag, nu kwam hij bijvoorbeeld met een voorstel om de slechte hypotheken van huiseigenaars over te nemen zodat ze in hun huis kunnen blijven. Ik denk dat dit een goede oplossing is, al lanceert hij natuurlijk dit idee, maar vertelt hij er helemaal niet bij hoe hij dit wilt realiseren. Met nog meer geld van de belastingbetaler? Bovendien wat ik heel goed vond, was dat hij erbij vertelde dat dit niet een plan was van Obama of van Bush, maar zijn eigen plan. Een klein detail die toch probeert Obama’s pogingen om McCain aan Bush te linken te ondermijnen. Daarnaast zei hij ook nog een paar dingen waarvan ik denk dat hij de economie de voorbije week een beetje heeft bestudeerd, maar uiteindelijk komt hij toch nog steeds tekort op dit vlak. Bovendien slaagt hij er helemaal niet in om zich te identificeren met de gewone man op de straat. Hij blijft toch nog vaak boven de mensen staan in plaats van midden de mensen.

Obama daarentegen heeft daar veel minder problemen mee. Hij raakt niet echt geëmotioneerd door de problemen, maar hij probeert zich toch vaak in te leven in de gewone werkmens. En dat lukt hem echt wel. Vele antwoorden van hem gingen vaak over hoe het effect heeft op het dagelijkse leven en wat zijn plannen zouden doen voor de middenklasse. Hij scoort dan ook veel beter in de polls op het gebied van meelevendheid. Wat misschien wel een beetje een probleem is bij Obama is dat hij te vaak McCain wilt linken aan Bush, waardoor hij soms vergeet op de eigenlijke vraag te antwoorden of vergeet zijn eigen plannen uit de doeken te doen. Maar aan de andere kant scoorde hij wel enorm met zijn plan voor de gezondheidszorg, die heel helder en duidelijk geformuleerd werd, of op vlak van energie of Pakistan. Bovendien vind ik hem enorm goed hoe hij sommige slagen van McCain gewoon weglacht waardoor hij McCain nog meer enerveert. Hij staat er met meer zelfvertrouwen en het moddergooien van McCain raakt hem niet echt. Integendeel zelfs, hij komt er net meer presidentieel uit, terwijl McCain duidelijk agressiever en gefrustreerd naar voren komt.

Je merkte het bijvoorbeeld in het debat toen McCain een tegenaanval van Obama kreeg te verduren. McCain had juist Obama verweten naïef te zijn omdat hij luid aankondigde Pakistan te zullen aanvallen als ze Bin Laden niet zouden overhandigen als ze hem in zijn zicht hadden en vond het onverantwoord dat men zulke bedreigingen verkondigde. Waarop Obama repliceerde dat McCain in maart nog luidop Bomb bomb Iran zong te zingen. En ineens zag je McCain helemaal verstijven en de lach van zijn gezicht verdween onmiddellijk. Hij kon de tegenslag helemaal niet wegwuiven. Daarnaast zorgde zijn frustratie ook voor een zeer ongelukkige uitspraak. Hij was bezig over een wetsvoorstel dat hij goed gekeurd had en wie niet. “En je raadt het nooit. That one”. En die that one verwees naar Obama. Ondertussen is er al wat commentaar gekomen op die uitspraak en het is een duidelijke uiting hoe minachtend hij over Obama denkt. Iets wat toch terug opviel in dit debat. Obama luisterde altijd aandachtig naar wat McCain te vertellen had, terwijl McCain eerder notities zat te schrijven of wat voor zich zat uit te staren terwijl Obama aan het woord was.

Voor vele analisten is de conclusie dat McCain het wel beter deed dan de vorige keer, maar dat het uiteindelijk toch geen grote verandering teweeg heeft gebracht en dat daarom Obama terug de winnaar van het debat is. Ik denk ook wel dat Obama de winnaar is van het debat en dan vooral omdat hij zich meer kon inleven in het leven op Mainstreet en omdat hij nog altijd meer presidentieel overkomt dan McCain, maar ik moet toch ook toegeven dat McCain het een pak beter heeft gedaan dan de vorige keer. Maar hij heeft Obama niet knock-out kunnen slaan en kwam zelfs niet in de buurt. En dat hij eigenlijk wel moeten doen. Hij krijgt volgende week woensdag een laatste kans.

Labels:

zondag, oktober 05, 2008

Top 10

1. Gnarls Barkley: Who's gonna save my soul?
2. Alphabeat: 10.000 nights
3. James Morrison: You make it real
4. John Legend feat. Andre 3000: Green light
5. Milow: Ayo Technology
6. Kanye West feat. Chris Martin: Homecoming
7. The Script: The man who can't be moved
8. Jordin Sparks feat. Chris Brown: No air
9. The Ting Tings: Shut up and let me go
10. Eric Prydz: Pjanoo

Labels:

zaterdag, oktober 04, 2008

Nog één maand te gaan - wat is de tussenstand?

Eindelijk zijn we de laatste maand van de verkiezingsstrijd ingegaan. Het werd in feite wel wat tijd, want de campagne duurt nu toch bijna anderhalf jaar en sinds januari worden we echt met campagnenieuws overstelpt dat ik nu toch ook iets heb van dat er nu eindelijk een beslissing mag komen en dat we mogen weten wie Bush opvolgt. Wordt het de eerste zwarte president of wordt het terug een Republikeinse havik? Zo’n goede 100 dagen voor de eindstreep maakte ik reeds een balans op en daar kwam Obama goed uit. Hij lag voor in de nationale peilingen en hij had een grote voorsprong bij de kiesmannen. Maar mijn bericht stond nog niet goed op mijn blog of de situatie keerde helemaal en 10 dagen later stond ineens John McCain voor in de peilingen en was hij zelfs virtueel president. Sindsdien is er heel wat gebeurd en de situatie vandaag weer helemaal anders.

Er waren eerst de nationale conventies. Die zorgden ervoor dat Obama terug de bovenhand kreeg, maar een echte kloof kon hij helemaal niet slaan. Een week later was het immers aan de Republikeinen om hun conventie te houden en die hadden twee meevallers. Er was het orkanenseizoen die ervoor zorgde dat Bush niet lijfelijk aanwezig kon zijn op de conventie en zo nog meer op de achtergrond kon geduwd worden. Maar de grote meevaller was toch de aanduiding van Sarah Palin als Republikeinse vice-president-kandidate. Vele Amerikanen waren in de wolken met de frisse verschijning en ze bracht zowaar energie in de McCain-campagne. Lokte eerdere verkiezingsbijeenkomsten vaak amper een paar duizend man, ineens kwamen een paar tienduizend mensen naar John en Sarah luisteren. En de campagne bouwde zo een stevig momentum op en zag die in de peilingen electoraal verzilverd worden. Niet alleen in de nationale polls ging McCain voorop, belangrijker was dat er meer staten en swing states kozen voor McCain. Kijken we bijvoorbeeld naar de stand van het aantal kiesmannen waarvan de kandidaten redelijk zeker konden zijn, dan leidde Obama nog net na de Democratische Conventie met 228 kiesmannen tegenover 185 voor McCain. Twee weken later zag de situatie er heel anders uit en was Obama maar zeker meer van 207 kiesmannen, terwijl McCain zeker was van 227 kiesmannen. McCain had dus duidelijk een inhaalbeweging ingezet.

Maar midden september sloeg de financiële crisis hard toe in Amerika en zorgde niet alleen op de financiële markten voor een aardverschuiving. Ook in de peilingen gebeurde een onwaarschijnlijke aardverschuiving. McCain verloor zijn momentum. Hij onderkende in het begin de financiële crisis, Sarah Palin stapelde de blunders op, hij onderbrak zijn campagne om stoorzender te gaan spelen in Washington en mensen wezen massaal de Republikeinen aan als schuldige van de crisis. Resultaat in de peilingen: massa’s staten veranderde het geweer van schouder en kiezen nu massaal voor Obama. In de nationale peilingen ligt Obama nu stevig aan de leiding. Alle peilingen geven hem een voorsprong van meestal rond de 5 procent, met een uitschieters van 9 procentpunten bij CBS en 7 procentpunten bij de dagelijkse Gallup Tracking.

Maar de nationale peilingen zijn eigenlijk niet van tel, omdat de president gekozen wordt via het aantal kiesmannen dat hij behaalt. Je hebt 270 kiesmannen nodig om een meerderheid te hebben en dus president te worden. Hierbij werkt men met een winner-takes-all-principe. Wie de meeste stemmen in een staat krijgt, wint meteen alle kiesmannen van die staat. Volgens Rear Clear Politics, die zijn cijfers baseert op het gemiddelde van allerlei afzonderlijke peilingen, strandt Obama reeds op een zucht van het presidentschap. Vandaag mag Obama reeds redelijk zeker tot heel zeker zijn van 264 kiesmannen. Het McCain-Palin ticket ligt zwaar achter en is nog maar zeker van 163 kiesmannen. Er zijn nog 111 kiesmannen uit de swing states voor het grijpen, maar het probleem is dat deze swing states de laatste twee weken bijna allemaal naar Obama zijn opgeschoven. Waardoor je een situatie krijgt dat wanneer er vandaag verkiezingen zouden zijn en de werkelijke cijfers overeenkomen met wat de peilingen voorspellen Obama 353 kiesmannen zou hebben, terwijl McCain amper 185 kiesmannen achter zijn naam zou krijgen. We moeten natuurlijk wel wat voorzichtig zijn met die cijfers. Het gaat tenslotte maar om peilingen en we weten van de afgelopen jaren, ook in onze nationale politiek, dat peilingen er wel eens heel wat naast kunnen zitten. Bovendien moet je ook rekening houden met het feit dat in die 353 kiesmannen van Obama ook een staat als North Carolina zit met 15 kiesmannen waar Obama amper 0,5 procent voorligt op McCain en dit terug snel naar McCain kan overgaan. Maar ook in dat geval doet dit natuurlijk niets af aan het feit dat Obama blijkbaar toch stevig in het zadel zit.

Het zal er voor hem nu op aan komen om die voorsprong nog een maand te behouden en een maand in een verkiezing is een heel lange periode. Als je ziet dat McCain op twee weken tijd de kaart kon hertekenen na de aanduiding van Sarah Palin en dat die situatie weer helemaal van de kaart kon geveegd worden op terug twee weken tijd door een economische crisis, dan is het duidelijk dat een bepaalde gebeurtenis, klein of groot, de kaarten de komende maand toch terug kan dooreenschudden. Lange tijd is er sprake van geweest dat president Bush in oktober 2008 met het bericht zou komen dat Osama Bin Laden dan toch gevonden was om zo de Republikeinse kandidaat een duwtje in de rug te geven. Er wordt daar nu niet meer over gesproken, maar John McCain kan zo’n gebeurtenis wel goed gebruiken. Want zoals de vroegere Britse eerste minister Harold McMillan antwoordde op de vraag wat politiek is: “Events, dear boy, events”.

Labels:

vrijdag, oktober 03, 2008

Het enige vice-presidentiële debat

Vannacht onze tijd was het tijd voor het eerste én enige debat tussen vice-president-kandidaten Joe Biden en Sarah Palin. Er werd ons terug wat vuurwerk beloofd. Het was ook uitkijken of beide personen niet in de fout gingen gaan, want ze hebben dat in het verleden al meerdere malen bewezen wat hun op de VRT-nieuwssite de bijnamen Joe Flater en Sarah Domoor opleverde. Maar net als in het eerste presidentiële debat kwam er niet veel van het verwachte in huis. Niemand maakte echte flaters of fouten, maar aan de andere kant deelde niemand ook de andere partij een echte knock-out toe, al deed Joe Biden het ticket McCain-Palin wel héél véél pijn op bepaalde momenten. Daarom ook dat hij toch wel als winnaar uit de bus mag komen.

Toch zullen ook veel mensen iets hebben dat Sarah Palin toch ook een winnaar is van het debat. En dat is waar, maar de verwachtingen waren dan ook zo laag voor haar, dat het moeilijk werd om deze niet te overtreffen. In de paar interviews die ze de voorbije 5 weken gaf, blonk ze niet echt uit in inzicht en intelligentie en sloeg ze, om het wat plat te zeggen, maar wat uit haar botten. Geen wonder dat de McCain-campagne haar dan ook wijselijk afschermt van de media. Waardoor natuurlijk de verwachtingen vanzelf een pak lager lagen. En dan krijg je haar te zien in het debat en dan heb je wel zoiets van “zo slecht was ze nu ook weer niet”. Alleen moeten we ons natuurlijk realiseren dat ze de voorbije dagen echt heel intensief werd voorbereid op het debat en dat ze heel goed begeleid werd in haar antwoorden. En in het begin van het debat valt het nog niet echt op, maar dan begint dat echt goed naar voren te komen. Ze antwoordt niet op de vragen of op wat Joe Biden zegt, maar ze switcht gewoon naar iets anders waar ze wel heeft over geleerd om over te praten. Waardoor je u begint af te vragen of ze wel weet wat ze zegt en of het echt wel haar gedacht is. Natuurlijk weet ik dat ook Joe Biden, Barack Obama of John McCain heel goed voorbereid zijn op vragen en ook de antwoorden wat hebben ingestudeerd, maar zij weten wel in te spelen op wat de andere zegt. Een mooi moment was dan ook toen het debat ging over Irak en Joe Biden John McCain aanviel op zijn oordeel en Sarah Palin even met haar mond vol tanden stond en niet wist wat te zeggen om dan gauw terug op een ingestudeerd nummertje te komen.

Wat wel in Sarah Palin haar voordeel speelt, is het feit dat ze een average woman is die vele gewone mensen kan aanspreken. Ze komt echt goed over op het scherm, maakt voortdurend verwijzingen naar haar persoonlijk leven en hoe haar leven gelijk is met het leven van vele andere mensen, durft ook recht in de camera te spreken. Het zijn allemaal elementen die van haar een frisse en energieke dame maken. Je merkte wel dat ze niet echt 100% ontspannen op het podium stond en dat sommige oogwenken ingestudeerd waren.

Joe Biden aan de andere kant keek meer naar de moderator, maar op kritieke momenten in het debat waar hij John McCain echt aanviel, keek hij dan weer recht in de camera waardoor zijn punt nog sterker benadrukt werd. Het waren telkens momenten waarvan je wist dat het belangrijke zaken was die hij vertelde en dat hij echt meende wat hij zegde. Wat ook wel opviel, is dat hij echt luisterde naar Sarah Palin en haar ook echt aankeek terwijl ze aan het woord was. Heel wat anders dan John McCain die vorige week zijn afkeer voor Obama niet kon verbergen. Hij respecteerde haar echt als debatter en deed helemaal niet denigrerend over haar. Dat zal hem duidelijk gezegd zijn tijdens zijn voorbereiding, maar hij deed het met een natuurlijke flair waardoor ik echt wel denk dat hij Sarah Palin echt als een volwaardige opponent zag.

Het feit dat ik hem als winnaar uit het debat zie komen, is het feit dat hij echt alle aanvallen paradeerde. Sarah Palin viel Obama aan, maar Joe Biden deed telkens weer een tegenaanval tegen John McCain en telkens weer met meer impact. Het was ook leuk om te zien dat Sarah Palin zei dat hij niet steeds in het verleden moest kijken, waarop hij leuk antwoordde “past is prologue” en meteen McCain weer aanviel. En de uppercuts die hij uitdeelde aan John McCain kwamen hard aan. Ik denk niet dat hij echt McCain knock-out heeft geslagen, maar hij overtuigde wel overduidelijk dat McCain een Bush 3 zou worden. Daarnaast heeft hij ook bewezen volgens mij dat hij een uitstekende vice-president zou worden. Hij toonde meer inzicht in de zaken, schuwde geen onderworpen en trachtte geen onderwerpen uit de weg te gaan, boezemde veel meer vertrouwen in en kon net als Sarah Palin, maar wel op zijn eigen manier, de gewone werkmens appelleren.

De vraag is of dit debat iets gaat veranderen in de polls. Ik betwijfel het eigenlijk wat. Ik denk dat Sarah Palin geen fans heeft weggejaagd met dit debat, wel met eerdere interviews, maar ik denk ook niet dat ze echt grote groepen nieuwe aanhangers heeft gemaakt. Daarvoor leek ze niet genoeg vice-presidentieel in het debat. Maar natuurlijk, de verwachtingen waren laag en ze heeft die meer dan ingelost, dus misschien zijn er toch wel kiezers overtuigd geraakt waardoor er een procentpunt van Obama wordt afgeknabbeld. Joe Biden daarentegen heeft bewezen dat hij een goede keuze was voor het vice-presidentschap, heeft McCain een paar uppercuts bezorgd, maar hij is maar nummer 2 op het ticket. Ik denk dat mensen op het ticket Obama-Biden eerder kijken naar Obama en Biden minder invloed heeft, terwijl bij McCain-Palin het zo is dat Palin een drijvende factor is. Alleen zal het nu de kwestie zijn om Palin zichtbaar in de McCain-campagne te houden en haar in de media te houden zonder dat de media de kans krijgt haar terug belachelijk te maken. Makkelijker gezegd dan gedaan wanneer men op vragen van journalisten niet voorbereid kan zijn.

Labels: