Mijn top 100 aller tijden - nr. 71-80
71. The Beatles – The long and winding road
De laatste nummer 1-hit voor The Beatles in de States ontstond op het moment dat de groep al uit elkaar aan het vallen was. Paul McCartney schreef de song op zijn piano in Schotland met Ray Charles in zijn gedachten en vond zijn inspiratie in de groeiende spanningen binnen de band. Het is een vrij triestig lied over een onbeantwoorde, maar toch onvermijdelijke liefde. Het was in het bijzonder geïnspireerd door de B842-steenweg in Schotland die met zijn 50 km een weg lijkt waar maar geen eind aan komt. Het zou echter nog twee jaar duren vooraleer de definitieve versie tot stand kwam. Alleen was Paul McCartney helemaal niet tevreden met het uiteindelijke resultaat. Op de originele tape zat Paul achter de piano en speelde John Lennon de bass. Helaas kon John helemaal niet zo goed bass spelen, vermits dit meer Paul’s rol was, en producer Phil Spector vond dat het nummer opgesmukt diende te worden. Hij paste zijn befaamde Wall of sound-techniek toe en sleepte er een heel orkest bij met violen, trombones, cello’s, een vrouwenkoor, …. Resultaat was dat er helemaal niets overbleef van de originele versie van Paul McCartney die de intentie had om pure muziek te maken zonder al te veel instrumenten en overdaad. Misnoegd over het nummer vroeg McCartney dan ook aan de platenfirma om de bewerkte versie in te trekken, maar die weigerde. Toen McCartney een tijdje later de definitieve split van de The Beatles zou openbaar maken, zou hij de manier waarop met deze single werd omgesprongen als één van de zes redenen noemen waarom hij stopte met de groep. Ik geef toe dat dit eigenlijk een atypisch Beatles-nummer is in de studioversie, maar de videoclip toont de originele versie en dat is toch een straf nummer. Vooral de melancholische toets in het nummer en de grandeur ervan weet ik enorm te smaken.
72. U2 – Pride (In the name of love)
De roots van U2 liggen in de Mount Temple Comprehensive School van Dublin in 1976. Larry Mullen Jr. had een annonce op het bord in de schoolkantine gehangen dat hij volk zocht voor zijn band Feedback. Paul Hewson (bij ons gekend als Bono), David Evans (beter gekend als The Edge) en broer Dik Evans reageerden. Om de groep te vervolledigen, vroegen ze er Adam Clayton bij, omdat die er zo stoer uitzag dat ze wel populair moesten worden. In 1978 verandert er heel wat in de groep. Dik Evans verlaat de groep en de groep verandert twee keer van naam. Eerst noemde men zich The Hype, maar op advies van de Ierse zanger en reclameman Steve Averill verandert men de naam uiteindelijk in U2, wat de naam is van het Amerikaanse spionagevliegtuig met Gary Powers erin dat in 1960 boven Rusland werd neergehaald. De groep profileert zich in de eerste jaren als een typische new wave-band met een eigen herkenbare sound en teksten over het christelijke geloof. Geleidelijk aan wordt de muziek meer stadiumrock en worden de teksten meer politiek geëngageerd. Eén van die politiek geïnspireerde nummers is Pride (In the name of love). Het is een eerbetoon aan Martin Luther King en de mensenrechtenbeweging. Oorspronkelijk wou men een aanklacht maken tegen de trots die Ronald Reagan had over de Amerikaanse militaire overmacht, maar Bono was toen in de ban van een biografie van Luther King en Malcolm X. Hij veranderde de tekst in een overpeinzing van de gewelddadige en non-gewelddadige kant van de mensenrechtenorganisatie. Maar onder druk van The Edge en producers Brian Eno en Daniel Lanois werd er weinig aandacht geschonken aan de tekst. Ze dachten dat de luisteraar zijn eerste indruk maakte op het gevoel dat de muziek overbracht, zeker voor niet-Engelstaligen. Hierdoor is Bono altijd ongelukkig gebleven over de tekst die voor hem alleen maar bestond een aantal eenvoudige gedachten. Tekstueel is het nummer dan misschien niet zo geslaagd, het nummer vat wel perfect de anthemstijl van U2 en is voor mij een ware klassieker van één van ’s werelds beste bands.
73. INXS – Disappear
Het grote succes voor INXS liet enige tijd op zich wachten en heeft in feite niet zo lang geduurd. Men draaide al 7 jaar lang mee toen het album Kick in 1987 hoge ogen gooide en pas echt doorbrak. Men kaapte meteen ook alle belangrijke prijzen weg bij de MTV awards. Maar het werd moeilijk om een gepaste opvolger voor deze succesplaat te maken. Die opvolger X werd dan ook met gemengde gevoelens onthaald in de pers en bij de fans, behalve in Engeland waar de band raar genoeg populairder was in de jaren ’90 dan in de jaren ’80. Al had daar het charisme en het exuberante leven van Michael Hutchence, dat breed uitgesmeerd werd in de tabloids, misschien ook wel iets mee te maken. Disappear is de laatste grote hit van de groep en komt uit dat met gemengde gevoelens onthaalde album X. Het is een vlot rocknummer dat stelselmatig opgebouwd wordt op de golven van synthesizerbeats naar een leuk meebrulrefrein. De volumeknop gaat bij steevast omhoog als ik dit nummer hoor en ik vind het één van de meest zalige nummers uit de jaren ’90.
74. The Scabs – Hard times
The Scabs zijn misschien wel de beste Belgische rockband die we ooit gehad hebben. In 1982 richtten Guy Swinnen, Fons Symons, Francis Vangeel en Frankie Saenen de groep op in Diest. Ze worden de Belgische The Clash genoemd en veroveren met hun eerste album Here’s to you, gang meteen een plaatsje op Torhout-Werchter. Hun tweede album wordt minder enthousiast onthaald en na een derde album wordt Francis Vangeel ingeruild voor Willy Willy. Hij duwt de groep in een nieuwe richting. De groep maakt nog steeds luide rock, maar Willy Willy begreep dat de groep ook ballads moest maken om radioplay te krijgen. De groep raakt beter op elkaar ingespeeld en perfectioneert zijn sound. Resultaat zijn twee albums die nog steeds beschouwd worden als het beste wat de Belgische rock heeft voortgebracht, namelijk Royalty in Exile en Jumping the tracks. Het blijft echter moeilijk om het succes aan te houden en Willy Willy vindt dat groep niet experimenteel blijft. Hij verlaat dan ook de groep en wordt vervangen door Tjenne Berghmans (die in godsnaam van Clouseau komt). Deze groepswisseling zorgt echter niet dat de groep een tweede adem vindt en in 1996 kondigt Guy Swinnen de split aan. Ze laten een knap repertorium achter met Hard times als één van de knapste Belgische nummers ooit gemaakt. Dit is geen single uit de Belgische klei, maar ééntje van internationale allure.
75. Otis Redding – (Sittin’ on) The dock of the bay
Een artiest die ik dit jaar echt heb leren kennen, is Otis Redding. Aanleiding daarvoor was de verzamelaar van platenmaatschappij Stax naar aanleiding van hun 50ste verjaardag. Meteen viel mij de muziek van Otis Redding op en raakte ik geïnteresseerd om meer van hem te ontdekken. En zo leerde ik wat meer kennen van zijn korte carrière. Zijn muzikale roots lagen in het koor van de Vineville Baptist Church. Hij sprong er meteen uit en won de lokale zondagse talentenshow voor maar liefst 15 weken na elkaar. Voor het grotere werk is het echter wachten tot in 1960 wanneer hij begint te touren met Johnny Jenkins en The Pinetoppers en zijn eerste singles uitbrengt onder de naam Otis and The Shooters. Het zal echter nog twee jaar duren voor hij zijn echte eerste grote hit te pakken had met These Arms of Mine, een song die hij zelf had geschreven en verscheen op het Stax-label. In die tijd viel niet alleen zijn gepassioneerde manier van zingen op, hij was ook één van de eerste artiesten die zijn eigen hits schreef. Daarbij liet hij zich soms ook bijstaan door Steve Cropper van de Stax’ band Booker T. & The MG. Zijn carrière was echter van korte duur want in 1967 komt de toen 26-jarige Otis Redding om het leven na een vliegtuigcrash. Daarbij komt ook bijna gans zijn back-up band en Stax’s band The Bar-Keys om het leven. De precieze omstandigheden van de crash zijn nooit opgehelderd geraakt. Postuum werd (Sittin’ on) The dock of the bay een internationale hit en spijtig genoeg ook zijn eerste nummer 1-hit. Hij nam het nummer amper 3 dagen voor zijn dood op. Hij vond in die tijd dat het tijd was voor iets anders. Hij vreesde ervoor dat het publiek zijn stem beu zou worden en ging op zoek naar een heel andere sound. Het resultaat werd deze (Sittin’ on) The dock of the bay, een lied dat inderdaad heel anders klinkt dan de rest van zijn oeuvre. Het is een overpeinzend nummer geworden dat perfect de rustige sfeer oproept van een oever oproept. Het is voor mij één van de mooiste en zaligste soulballads die er ooit gemaakt zijn met een heel laidback gevoel.
76. Ike and Tina Turner – Proud Mary
De originele versie van Proud Mary werd geschreven door John Fogerty. Hij vond zijn inspiratie niet bij marihuana, zoals soms verkeerdelijk wordt gedacht, maar het verhaal gaat over een stoomboot die ergens in het diepe zuiden van Amerika een rivier afvaart. Samen met zijn band Creedence Clearwater Revival slaagde hij erin om van het nummer een hit te maken, maar de single werd amper twee jaar later nog bekender toen Ike & Tina Turner er hun eigen versie van maakten. Ike Turner kwam op het idee op de tourbus. Hij had enkele nieuwe nummers geschreven voor een album, maar hij zocht nog enkele nummers om het album op te vullen. Hij kwam toen op het idee om een paar eigen versies te maken van hits. Toen hij Proud Mary van Creedence Clearwater Revival op de radio hoorde, zag hij er meteen iets in. Samen met Tina Turner herinnerde hij zich nog een auditie voor achtergrondzangeres, waarbij één van de kandidaten dit nummer op een heel eigen manier bracht. Dat vormde de basis voor deze stomende versie. Het eerste deel van het lied wordt gekenmerkt door de verleidelijke sensuele stem van Tina Turner die heerlijk speelt met de donkere, zwaardere stem van Ike. In het tweede deel explodeert het nummer echter in een stomend rock-en-roll nummer waarin Tina bewijst wat voor een flexibele en krachtige stem ze wel heeft. Het nummer werd dan ook terecht bekroond met de Grammy voor beste R&B performance door een duo of groep in 1972 en zou later in 2003 nog worden opgenomen in de Grammy Hall Of Fame. Voor mij is het een ware klassieker in de soul- en rockgeschiedenis en één van mijn lievelingsplaten van Ike & Tina Turner.
77. No Doubt – Don’t speak
Ik was een beetje verbaasd toen ik het las, maar No Doubt heeft zijn wortels reeds in 1986 toen John Spence, Eric Stefani en zus Gwen Stefani samen de groep Apple Corps vormden. Wanneer een jaar later leadzanger John Spence zelfmoord pleegt, wordt Gwen Stefani gekozen als nieuwe frontlady. De groep maakt muziek met heel wat ska en new wave-invloeden, maar kan maar niet doorbreken omdat de wereld in de ban geraakt van de grunge. In 1995 komt het succes dan wel met Just a girl en zeker met deze Don’t speak, welke maar liefst 16 weken op 1 zou staan in de Billboard Hot 100 Airplay. Het lied vertelt het verhaal over de split tussen Gwen Stefani en bassist Tony Kanal. Beiden leerden elkaar kennen via de groep en begonnen stiekem een relatie. Na 7 jaar van turbulentie verbrak Tony de relatie echter omdat hij meer ruimte nodig had, zoals hij zei. Gwen Stefani raakte na de breuk in een depressie verzeild, wat meteen de donkere toon van het lied verklaart. Het is een krachtige ballad geworden waarin iedereen met liefdesverdriet zich wel zal kunnen terugvinden. De rest van het oeuvre van No Doubt heeft mij nooit echt weten te boeien, maar dit vind ik een echt prachtnummer en maakt deel uit van de soundtrack van mijn jeugd.
78. Bill Withers – Lovely Day
Ik heb het gisteren al geschreven. Eén van de mooiste stemmen, misschien wel de mooiste aller tijden, is deze van Bill Withers. Hij heeft heel lang moeten wachten op zijn succes en toen het er eindelijk kwam, geloofde hij er nog niet echt in. Toch groeide hij langzaam uit tot een gevestigde soulwaarde. In 1974 raakte hij echter in een juridisch dispuut met zijn platenmaatschappij Sussex verwikkeld en moest hij noodgedwongen stoppen met platen maken. Toen de platenmaatschappij in 1975 over kop gaat, stapt hij over naar Columbia Records. Ook daar zou de samenwerking niet altijd even vlotjes verlopen. Maar in die tijd maakte hij wel deze Lovely Day. Het nummer is van de hand van Bill Withers en Skip Scarborough, een songwriter en producer van o.a. Earth, Wind & Fire. Skip Scarborough vormde ook de inspiratie voor de tekst. Hij was een echte optimist in het leven en elke dag was voor hem a lovely day. De tekst is er dan ook een van echte levensgenieterij en positivisme. Daarenboven wordt het lied ook nog eens gekenmerkt door een 18 seconden aanhoudende noot van Bill Withers, één van de langste noten op een plaat. Het is terug de combinatie van de warme stem en de positieve boodschap dat mij overslag doen gaan bij deze song.
79. Amos Lee – Colors
Amos Lee is waarschijnlijk een naam die bij weinig van jullie een belletje doet rinkelen. Ik vind het dan ook echt jammer dat hij zijn weg naar het grote publiek nog niet heeft weten te vinden. Daardoor blijft hij voorlopig nog een goed verborgen pareltje. Maar wel een echt pareltje met een schitterende stem en fantastische songs die zich situeren in de jazz, soul en folk sector. Amos Lee werd in 1978 geboren in Philadelphia en komt pas tijdens zijn universitaire opleiding echt in aanraking met muziek toen zijn grootvader hem een akoestische gitaar cadeau doet en wanneer hij een studentenjob vindt in een platenwinkel dat gespecialiseerd is in jazzmuziek. Toch besloot hij niet meteen te gaan voor een muziekcarrière en begint les te geven op een lagere school. Maar het bloed kruipt waar het niet kruipen kan en hij maakt een eerste eigen EP met vijf nummers. Blue Note Records pikt de plaat algauw op en met een steuntje in de rug van beschermengel Norah Jones kan hij beginnen aan de verovering van de wereld. Uit zijn eerste plaat bij Blue Note komt deze Colors. Het toont perfect aan waarvoor Amos Lee staat: tijdloze klasse, geen overdadige instrumenten, een less is more-principe die vooral bouwt op de prachtige stem van Amos. De song werd bij het grote publiek echt gekend toen het werd opgepikt om de soundtrack uit te maken van de televisiehits House M.D. en Grey’s Anatomy. Hopelijk kan dit een echte doorbraak betekenen, want sindsdien wordt zijn muziek door nog meer televisieseries opgepikt en begint hij voorzichtig door te breken. Het is voor mij alvast een naam die je in de gaten mag houden en die je zeker moet ontdekken.
80. Mika – Grace Kelly
Ik ben altijd voorzichtig met relatief jonge nummers op te nemen in een top 100, maar er is toch elk jaar wel een hit die in je geheugen gegrift blijft staan. Dit jaar was dat ongetwijfeld Grace Kelly van Michael Holbrook Penniman, aka Mika. 2007 was dan ook echt het jaar van Mika, waarbij al zijn hitsingles letterlijk grijsgedraaid werden op de radio’s en ze allemaal de top 10 van de Ultratop bereikten. Mika heeft een internationale achtergrond met een Libanese moeder en een Amerikaanse vader en heeft ondertussen al in Libanon, Parijs en Londen gewoond. In zijn kinderjaren had hij problemen met dyslexie en samen met zijn internationale achtergrond vormde dit de basis voor pesterijen op school. Het ging zo ver dat hij op zijn 11 jaar volledig instortte en zijn moeder hem meer dan een half jaar thuis opvoedde. Zijn feel-good muziek is nog steeds een verweer tegen deze pesterijen. Op latere leeftijd ging hij studeren aan Royal College of Music, waar hij onder andere les volgde bij een operazanger. Zijn studies zegde hij echter op om een eerste cd te maken, Life in a cartoon motion. Zijn eerste twee singles, Relax, take it easy en Billy Brown, werden bescheiden hitjes in de UK. Met Grace Kelly is het echter een schot in de roos. Het lied verwijst naar de vele afwijzingen die Mika kreeg van de platenfirma’s. Ze zagen niets in hem en wilden dat hij meer als Robbie Williams werd. Hij schreef zijn frustaties weg en wou een fuck you-song en satire maken op de platenfirma’s en gebruikte daarvoor Grace Kelly in plaats van Robbie Williams als rolmodel. Het feel-good nummer veroverde de hele wereld en het nummer maakt mij ook telkens weer blij. Voor mij is Mika echt wel dé artiest van 2007.
De laatste nummer 1-hit voor The Beatles in de States ontstond op het moment dat de groep al uit elkaar aan het vallen was. Paul McCartney schreef de song op zijn piano in Schotland met Ray Charles in zijn gedachten en vond zijn inspiratie in de groeiende spanningen binnen de band. Het is een vrij triestig lied over een onbeantwoorde, maar toch onvermijdelijke liefde. Het was in het bijzonder geïnspireerd door de B842-steenweg in Schotland die met zijn 50 km een weg lijkt waar maar geen eind aan komt. Het zou echter nog twee jaar duren vooraleer de definitieve versie tot stand kwam. Alleen was Paul McCartney helemaal niet tevreden met het uiteindelijke resultaat. Op de originele tape zat Paul achter de piano en speelde John Lennon de bass. Helaas kon John helemaal niet zo goed bass spelen, vermits dit meer Paul’s rol was, en producer Phil Spector vond dat het nummer opgesmukt diende te worden. Hij paste zijn befaamde Wall of sound-techniek toe en sleepte er een heel orkest bij met violen, trombones, cello’s, een vrouwenkoor, …. Resultaat was dat er helemaal niets overbleef van de originele versie van Paul McCartney die de intentie had om pure muziek te maken zonder al te veel instrumenten en overdaad. Misnoegd over het nummer vroeg McCartney dan ook aan de platenfirma om de bewerkte versie in te trekken, maar die weigerde. Toen McCartney een tijdje later de definitieve split van de The Beatles zou openbaar maken, zou hij de manier waarop met deze single werd omgesprongen als één van de zes redenen noemen waarom hij stopte met de groep. Ik geef toe dat dit eigenlijk een atypisch Beatles-nummer is in de studioversie, maar de videoclip toont de originele versie en dat is toch een straf nummer. Vooral de melancholische toets in het nummer en de grandeur ervan weet ik enorm te smaken.
72. U2 – Pride (In the name of love)
De roots van U2 liggen in de Mount Temple Comprehensive School van Dublin in 1976. Larry Mullen Jr. had een annonce op het bord in de schoolkantine gehangen dat hij volk zocht voor zijn band Feedback. Paul Hewson (bij ons gekend als Bono), David Evans (beter gekend als The Edge) en broer Dik Evans reageerden. Om de groep te vervolledigen, vroegen ze er Adam Clayton bij, omdat die er zo stoer uitzag dat ze wel populair moesten worden. In 1978 verandert er heel wat in de groep. Dik Evans verlaat de groep en de groep verandert twee keer van naam. Eerst noemde men zich The Hype, maar op advies van de Ierse zanger en reclameman Steve Averill verandert men de naam uiteindelijk in U2, wat de naam is van het Amerikaanse spionagevliegtuig met Gary Powers erin dat in 1960 boven Rusland werd neergehaald. De groep profileert zich in de eerste jaren als een typische new wave-band met een eigen herkenbare sound en teksten over het christelijke geloof. Geleidelijk aan wordt de muziek meer stadiumrock en worden de teksten meer politiek geëngageerd. Eén van die politiek geïnspireerde nummers is Pride (In the name of love). Het is een eerbetoon aan Martin Luther King en de mensenrechtenbeweging. Oorspronkelijk wou men een aanklacht maken tegen de trots die Ronald Reagan had over de Amerikaanse militaire overmacht, maar Bono was toen in de ban van een biografie van Luther King en Malcolm X. Hij veranderde de tekst in een overpeinzing van de gewelddadige en non-gewelddadige kant van de mensenrechtenorganisatie. Maar onder druk van The Edge en producers Brian Eno en Daniel Lanois werd er weinig aandacht geschonken aan de tekst. Ze dachten dat de luisteraar zijn eerste indruk maakte op het gevoel dat de muziek overbracht, zeker voor niet-Engelstaligen. Hierdoor is Bono altijd ongelukkig gebleven over de tekst die voor hem alleen maar bestond een aantal eenvoudige gedachten. Tekstueel is het nummer dan misschien niet zo geslaagd, het nummer vat wel perfect de anthemstijl van U2 en is voor mij een ware klassieker van één van ’s werelds beste bands.
73. INXS – Disappear
Het grote succes voor INXS liet enige tijd op zich wachten en heeft in feite niet zo lang geduurd. Men draaide al 7 jaar lang mee toen het album Kick in 1987 hoge ogen gooide en pas echt doorbrak. Men kaapte meteen ook alle belangrijke prijzen weg bij de MTV awards. Maar het werd moeilijk om een gepaste opvolger voor deze succesplaat te maken. Die opvolger X werd dan ook met gemengde gevoelens onthaald in de pers en bij de fans, behalve in Engeland waar de band raar genoeg populairder was in de jaren ’90 dan in de jaren ’80. Al had daar het charisme en het exuberante leven van Michael Hutchence, dat breed uitgesmeerd werd in de tabloids, misschien ook wel iets mee te maken. Disappear is de laatste grote hit van de groep en komt uit dat met gemengde gevoelens onthaalde album X. Het is een vlot rocknummer dat stelselmatig opgebouwd wordt op de golven van synthesizerbeats naar een leuk meebrulrefrein. De volumeknop gaat bij steevast omhoog als ik dit nummer hoor en ik vind het één van de meest zalige nummers uit de jaren ’90.
74. The Scabs – Hard times
The Scabs zijn misschien wel de beste Belgische rockband die we ooit gehad hebben. In 1982 richtten Guy Swinnen, Fons Symons, Francis Vangeel en Frankie Saenen de groep op in Diest. Ze worden de Belgische The Clash genoemd en veroveren met hun eerste album Here’s to you, gang meteen een plaatsje op Torhout-Werchter. Hun tweede album wordt minder enthousiast onthaald en na een derde album wordt Francis Vangeel ingeruild voor Willy Willy. Hij duwt de groep in een nieuwe richting. De groep maakt nog steeds luide rock, maar Willy Willy begreep dat de groep ook ballads moest maken om radioplay te krijgen. De groep raakt beter op elkaar ingespeeld en perfectioneert zijn sound. Resultaat zijn twee albums die nog steeds beschouwd worden als het beste wat de Belgische rock heeft voortgebracht, namelijk Royalty in Exile en Jumping the tracks. Het blijft echter moeilijk om het succes aan te houden en Willy Willy vindt dat groep niet experimenteel blijft. Hij verlaat dan ook de groep en wordt vervangen door Tjenne Berghmans (die in godsnaam van Clouseau komt). Deze groepswisseling zorgt echter niet dat de groep een tweede adem vindt en in 1996 kondigt Guy Swinnen de split aan. Ze laten een knap repertorium achter met Hard times als één van de knapste Belgische nummers ooit gemaakt. Dit is geen single uit de Belgische klei, maar ééntje van internationale allure.
75. Otis Redding – (Sittin’ on) The dock of the bay
Een artiest die ik dit jaar echt heb leren kennen, is Otis Redding. Aanleiding daarvoor was de verzamelaar van platenmaatschappij Stax naar aanleiding van hun 50ste verjaardag. Meteen viel mij de muziek van Otis Redding op en raakte ik geïnteresseerd om meer van hem te ontdekken. En zo leerde ik wat meer kennen van zijn korte carrière. Zijn muzikale roots lagen in het koor van de Vineville Baptist Church. Hij sprong er meteen uit en won de lokale zondagse talentenshow voor maar liefst 15 weken na elkaar. Voor het grotere werk is het echter wachten tot in 1960 wanneer hij begint te touren met Johnny Jenkins en The Pinetoppers en zijn eerste singles uitbrengt onder de naam Otis and The Shooters. Het zal echter nog twee jaar duren voor hij zijn echte eerste grote hit te pakken had met These Arms of Mine, een song die hij zelf had geschreven en verscheen op het Stax-label. In die tijd viel niet alleen zijn gepassioneerde manier van zingen op, hij was ook één van de eerste artiesten die zijn eigen hits schreef. Daarbij liet hij zich soms ook bijstaan door Steve Cropper van de Stax’ band Booker T. & The MG. Zijn carrière was echter van korte duur want in 1967 komt de toen 26-jarige Otis Redding om het leven na een vliegtuigcrash. Daarbij komt ook bijna gans zijn back-up band en Stax’s band The Bar-Keys om het leven. De precieze omstandigheden van de crash zijn nooit opgehelderd geraakt. Postuum werd (Sittin’ on) The dock of the bay een internationale hit en spijtig genoeg ook zijn eerste nummer 1-hit. Hij nam het nummer amper 3 dagen voor zijn dood op. Hij vond in die tijd dat het tijd was voor iets anders. Hij vreesde ervoor dat het publiek zijn stem beu zou worden en ging op zoek naar een heel andere sound. Het resultaat werd deze (Sittin’ on) The dock of the bay, een lied dat inderdaad heel anders klinkt dan de rest van zijn oeuvre. Het is een overpeinzend nummer geworden dat perfect de rustige sfeer oproept van een oever oproept. Het is voor mij één van de mooiste en zaligste soulballads die er ooit gemaakt zijn met een heel laidback gevoel.
76. Ike and Tina Turner – Proud Mary
De originele versie van Proud Mary werd geschreven door John Fogerty. Hij vond zijn inspiratie niet bij marihuana, zoals soms verkeerdelijk wordt gedacht, maar het verhaal gaat over een stoomboot die ergens in het diepe zuiden van Amerika een rivier afvaart. Samen met zijn band Creedence Clearwater Revival slaagde hij erin om van het nummer een hit te maken, maar de single werd amper twee jaar later nog bekender toen Ike & Tina Turner er hun eigen versie van maakten. Ike Turner kwam op het idee op de tourbus. Hij had enkele nieuwe nummers geschreven voor een album, maar hij zocht nog enkele nummers om het album op te vullen. Hij kwam toen op het idee om een paar eigen versies te maken van hits. Toen hij Proud Mary van Creedence Clearwater Revival op de radio hoorde, zag hij er meteen iets in. Samen met Tina Turner herinnerde hij zich nog een auditie voor achtergrondzangeres, waarbij één van de kandidaten dit nummer op een heel eigen manier bracht. Dat vormde de basis voor deze stomende versie. Het eerste deel van het lied wordt gekenmerkt door de verleidelijke sensuele stem van Tina Turner die heerlijk speelt met de donkere, zwaardere stem van Ike. In het tweede deel explodeert het nummer echter in een stomend rock-en-roll nummer waarin Tina bewijst wat voor een flexibele en krachtige stem ze wel heeft. Het nummer werd dan ook terecht bekroond met de Grammy voor beste R&B performance door een duo of groep in 1972 en zou later in 2003 nog worden opgenomen in de Grammy Hall Of Fame. Voor mij is het een ware klassieker in de soul- en rockgeschiedenis en één van mijn lievelingsplaten van Ike & Tina Turner.
77. No Doubt – Don’t speak
Ik was een beetje verbaasd toen ik het las, maar No Doubt heeft zijn wortels reeds in 1986 toen John Spence, Eric Stefani en zus Gwen Stefani samen de groep Apple Corps vormden. Wanneer een jaar later leadzanger John Spence zelfmoord pleegt, wordt Gwen Stefani gekozen als nieuwe frontlady. De groep maakt muziek met heel wat ska en new wave-invloeden, maar kan maar niet doorbreken omdat de wereld in de ban geraakt van de grunge. In 1995 komt het succes dan wel met Just a girl en zeker met deze Don’t speak, welke maar liefst 16 weken op 1 zou staan in de Billboard Hot 100 Airplay. Het lied vertelt het verhaal over de split tussen Gwen Stefani en bassist Tony Kanal. Beiden leerden elkaar kennen via de groep en begonnen stiekem een relatie. Na 7 jaar van turbulentie verbrak Tony de relatie echter omdat hij meer ruimte nodig had, zoals hij zei. Gwen Stefani raakte na de breuk in een depressie verzeild, wat meteen de donkere toon van het lied verklaart. Het is een krachtige ballad geworden waarin iedereen met liefdesverdriet zich wel zal kunnen terugvinden. De rest van het oeuvre van No Doubt heeft mij nooit echt weten te boeien, maar dit vind ik een echt prachtnummer en maakt deel uit van de soundtrack van mijn jeugd.
78. Bill Withers – Lovely Day
Ik heb het gisteren al geschreven. Eén van de mooiste stemmen, misschien wel de mooiste aller tijden, is deze van Bill Withers. Hij heeft heel lang moeten wachten op zijn succes en toen het er eindelijk kwam, geloofde hij er nog niet echt in. Toch groeide hij langzaam uit tot een gevestigde soulwaarde. In 1974 raakte hij echter in een juridisch dispuut met zijn platenmaatschappij Sussex verwikkeld en moest hij noodgedwongen stoppen met platen maken. Toen de platenmaatschappij in 1975 over kop gaat, stapt hij over naar Columbia Records. Ook daar zou de samenwerking niet altijd even vlotjes verlopen. Maar in die tijd maakte hij wel deze Lovely Day. Het nummer is van de hand van Bill Withers en Skip Scarborough, een songwriter en producer van o.a. Earth, Wind & Fire. Skip Scarborough vormde ook de inspiratie voor de tekst. Hij was een echte optimist in het leven en elke dag was voor hem a lovely day. De tekst is er dan ook een van echte levensgenieterij en positivisme. Daarenboven wordt het lied ook nog eens gekenmerkt door een 18 seconden aanhoudende noot van Bill Withers, één van de langste noten op een plaat. Het is terug de combinatie van de warme stem en de positieve boodschap dat mij overslag doen gaan bij deze song.
79. Amos Lee – Colors
Amos Lee is waarschijnlijk een naam die bij weinig van jullie een belletje doet rinkelen. Ik vind het dan ook echt jammer dat hij zijn weg naar het grote publiek nog niet heeft weten te vinden. Daardoor blijft hij voorlopig nog een goed verborgen pareltje. Maar wel een echt pareltje met een schitterende stem en fantastische songs die zich situeren in de jazz, soul en folk sector. Amos Lee werd in 1978 geboren in Philadelphia en komt pas tijdens zijn universitaire opleiding echt in aanraking met muziek toen zijn grootvader hem een akoestische gitaar cadeau doet en wanneer hij een studentenjob vindt in een platenwinkel dat gespecialiseerd is in jazzmuziek. Toch besloot hij niet meteen te gaan voor een muziekcarrière en begint les te geven op een lagere school. Maar het bloed kruipt waar het niet kruipen kan en hij maakt een eerste eigen EP met vijf nummers. Blue Note Records pikt de plaat algauw op en met een steuntje in de rug van beschermengel Norah Jones kan hij beginnen aan de verovering van de wereld. Uit zijn eerste plaat bij Blue Note komt deze Colors. Het toont perfect aan waarvoor Amos Lee staat: tijdloze klasse, geen overdadige instrumenten, een less is more-principe die vooral bouwt op de prachtige stem van Amos. De song werd bij het grote publiek echt gekend toen het werd opgepikt om de soundtrack uit te maken van de televisiehits House M.D. en Grey’s Anatomy. Hopelijk kan dit een echte doorbraak betekenen, want sindsdien wordt zijn muziek door nog meer televisieseries opgepikt en begint hij voorzichtig door te breken. Het is voor mij alvast een naam die je in de gaten mag houden en die je zeker moet ontdekken.
80. Mika – Grace Kelly
Ik ben altijd voorzichtig met relatief jonge nummers op te nemen in een top 100, maar er is toch elk jaar wel een hit die in je geheugen gegrift blijft staan. Dit jaar was dat ongetwijfeld Grace Kelly van Michael Holbrook Penniman, aka Mika. 2007 was dan ook echt het jaar van Mika, waarbij al zijn hitsingles letterlijk grijsgedraaid werden op de radio’s en ze allemaal de top 10 van de Ultratop bereikten. Mika heeft een internationale achtergrond met een Libanese moeder en een Amerikaanse vader en heeft ondertussen al in Libanon, Parijs en Londen gewoond. In zijn kinderjaren had hij problemen met dyslexie en samen met zijn internationale achtergrond vormde dit de basis voor pesterijen op school. Het ging zo ver dat hij op zijn 11 jaar volledig instortte en zijn moeder hem meer dan een half jaar thuis opvoedde. Zijn feel-good muziek is nog steeds een verweer tegen deze pesterijen. Op latere leeftijd ging hij studeren aan Royal College of Music, waar hij onder andere les volgde bij een operazanger. Zijn studies zegde hij echter op om een eerste cd te maken, Life in a cartoon motion. Zijn eerste twee singles, Relax, take it easy en Billy Brown, werden bescheiden hitjes in de UK. Met Grace Kelly is het echter een schot in de roos. Het lied verwijst naar de vele afwijzingen die Mika kreeg van de platenfirma’s. Ze zagen niets in hem en wilden dat hij meer als Robbie Williams werd. Hij schreef zijn frustaties weg en wou een fuck you-song en satire maken op de platenfirma’s en gebruikte daarvoor Grace Kelly in plaats van Robbie Williams als rolmodel. Het feel-good nummer veroverde de hele wereld en het nummer maakt mij ook telkens weer blij. Voor mij is Mika echt wel dé artiest van 2007.
Labels: top 100
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home