zondag, december 23, 2007

Mijn top 100 aller tijden - nr. 81-90

81. Moby – Porcelain

Richard Melville Hall ging voor zijn artiestennaam duiken in de familiegeschiedenis. De oud-oudoom van hem is Herman Melville en die is de auteur van Moby Dick. Voor zijn artiestennaam koos hij dan ook toepasselijk voor Moby. Qua muziekgenres heeft Moby er al een aardig parcours op zitten. Begin jaren ’90 maakte hij techno- en housemuziek, midden jaren ’90 veranderde hij plots in meer punk en metal en eind jaren ’90 besloot hij zich toe te leggen op elektronische popdeuntjes met lounge-, triphop en ambient-invloeden. En het is in dat genre dat ik hem heb beginnen te appreciëren. Al heeft het wat tijd gekost. Ik was in het begin niet echt fan van hem, maar langzaamaan bekroop de muziek mij steeds meer en meer. Hij heeft dan ook enkele pareltjes gemaakt, waaronder deze Porcelain. Het nummer heeft iets mysterieus en ijls over zich, maar straalt vooral een tijdloze klassieker uit.



82. Eric Clapton – Tears in heaven

Eén van ’s werelds beste en meest gevierde gitaristen is ongetwijfeld Eric Clapton. Al kreeg hij in de loop der jaren wel de bijnaam Slowhand. Dit verwijst naar zijn specifieke manier van spelen waarbij hij heel wat snaren brak. Hij verving die steevast op het podium terwijl het publiek hem begeleidde met traag gehandklap. Hij doorzwom heel wat watertjes in zijn carrière en ook privé ging het hem niet altijd voor de wind. Zo overwon hij zowel een heroïne- als een alcoholverslaving. De zwaarste privéklap kwam er echter op 20 maart 1991 toen zijn vierjarig zoontje Connor uit een raam vanop de 53ste verdieping van een wolkenkrabber viel. Als uiting van zijn verdriet schreef hij samen met Will Jennings dit lied. Het is een heel emotioneel en persoonlijk lied waarin je duidelijk het verdriet en de pijn van het verlies voelt. Het nummer werd terecht bekroond met drie Grammy’s, waaronder beste lied en beste mannelijke vocale prestatie. Voor mij blijft dit keer op keer een heel aangrijpend nummer met een ongelofelijk mooie tekst.



83. James Morrison – You give me something

James Morrison is nog een vrij relatief nieuwe artiest, maar toch heeft hij al een plaatsje in mijn top 100 verdiend. En dat omwille van twee redenen. Vooreerst omdat hij één van de mooiste stemmen van het ogenblik heeft. Zijn schorre, hese stem springt er meteen uit en weet mij telkens weer te doen smelten. Die typische stem is trouwens een gevolg omdat hij in zijn jeugdjaren regelmatige hevige aanvallen van kinkkoest had, wat hem als baby bijna het leven had gekocht. Een tweede reden is omdat ik You give me something gewoonweg één van de prachtigste popnummers van de afgelopen jaren vind. Trouwens het hele album staat boordevol knappe nummers. Maar het is allemaal begonnen met deze You give me something. Het vertelt het verhaal van iemand die een relatie toch een kans wilt geven, ook al beseft hij dat hij niet zoveel houdt van haar als zij van hem. Maar het is de klassieke toets gecombineerd met die prachtige stem die van dit nummer een ware klassieker heeft gemaakt.



84. Queen – We will rock you

Queen sproot voort uit de band Smile. Die werd opgericht door Brian May en Tim Staffel. Ze haalden er een drummer, Roger Taylor, bij, maar toch bleef het succes uit. Tim Staffel verliet de band voor een andere groep en de band hield op te bestaan. Maar het betekende een doorstart voor Brian May en Roger Taylor. Zij haalden een vriend van Tim, Farrokh Bulsara, beter gekend als Freddie Mercury, erbij en herdoopten de groep tot Queen. Na een jaartje en vier tijdelijke bassisten later vervolledigde bassist John Deacon de groep en kon de verovering van de wereld beginnen. Eén van hun vele grote successen is deze We will rock you, geschreven door Brian May. Hij kwam op het idee voor het lied toen hij merkte dat het publiek tijdens de optredens niet alleen kwam voor te kijken, maar vooral om alle nummers van Queen mee te zingen. Daarom leek het hem een goed idee om een lied te schrijven om op deze participatie van het publiek in te spelen. Samen met Freddie Mercury werkte hij We will rock you uit. Ze wilden het opzet redelijk eenvoudig houden zodat iedereen kon meedoen. Ze gebruikten geen drums en enkel een simpele gitaar. En voor de rest allemaal elementen die iedereen in het publiek kan: stampen met de voeten, klappen in de handen en een simpele catchy slogan die iedereen kan meezingen. Om het effect van een concert na te bootsen en het klappen en stampen extra te benadrukken, werd de song opgenomen in een oude kerk. Ondertussen is het lied samen met We are the champions een ware anthem geworden bij sport- en massa-evenementen. Het is allemaal heel eenvoudig in zijn opzet, maar ze zijn er wel in geslaagd. Ik zing, klap en stamp dit nummer altijd mee als ik dit hoor.



85. INXS – By my side

De Australische band INXS werd in 1979 opgericht onder de naam The Farriss Brothers, maar veranderde dat jaar nog zijn naam in INXS (in excess). Na een paar bescheiden hitjes in Australië scoort de groep, mede dankzij de videoclip op MTV, een eerste hit met The One Thing in Amerika in 1982. Het duurt echter nog twee jaar voor ze echt internationaal doorbreken met Original Sin. De muziek verandert stilaan van een meer funky naar een meer rockgetinte sound. Hoogtepunt in hun carrière komt er in 1987 met het album Kick en de vele hits waaronder Never tear us apart en Need you tonight. De druk is groot voor de opvolger X en de groep kan de verwachtingen niet inlossen. Sinds dan gaat het een beetje bergaf met de groep. Ze planden nog een comeback in 1997 met het album Elegantly Wasted, maar de vroegtijdige dood van Michael Hutchence (tot op de dag van vandaag nog steeds een groot raadsel. Zelfmoord of een gevolg van wurgseks?) gooide roet in het eten. De groep bleef wel verder bestaan, maar met verschillende leadzangers. In 2005 leidde dit zelfs tot een televisieprogramma, een soort van Idool waarbij de winnaar een album én een wereldtournee mocht maken met de groep. Eén van mijn vele lievelingsnummers van INXS, want ik ben echt wel fan geworden in de loop der jaren, is By my side. Een nummer dat Andrew Farriss schreef voor zijn vrouw Shelley. Het is een rustig nummer geworden waarbij het brede pallet aan gebruikte instrumenten (toch een kenmerk van INXS) voor de nodige grandeur zorgt.



86. Alphaville – Forever young

Forever young was niet alleen de titel van het bekendste album en single van Alphaville, het was ook de originele naam van de Duitse synthpop-band, die werd opgericht door Marian Gold, Bernhard Lloyd en Frank Mertens. In 1984 verandert de band echter zijn naam in Alphaville, geïnspireerd door de sciencefictionfilm van Jean-Luc Godard. In dat zelfde jaar verlaat Frank Mertens de groep en wordt hij vervangen door Ricky Echolette. De groep heeft eigenlijk maar drie echte hits gehad, Sounds like a melody, Big in Japan en deze Forever Young. Ondanks het feit dat dit niet de groep’s grootste hit werd, het raakte zelfs niet tot in de Amerikaanse hitlijst, is dit toch uitgegroeid tot een echte popklassieker die vaak gecoverd werd en gebruikt werd voor heel wat commercials, films en televisieserie. Misschien heeft de boodschap daar iets mee te maken. Het lied verheerlijkt de jeugd door de angst voor het ouder worden en de dood uit te drukken. De boodschap spreekt mij ook heel erg aan en ik vind dit één van de mooiste melancholische liedjes uit de jaren ’80. Een echte klassieker die zeker niet mocht ontbreken in mijn top 100.



87. Craig David – Walking away

Als ik denk aan chocoladezoete stemmen, dan moet ik altijd aan Craig David denken. Hij verwierf faam door zijn samenwerking met Artful Dodger op de single Rewind, maar al snel bouwde hij een solocarrière uit. In 2000 werd hij een regelrecht fenomeen in Engeland toen hij de jongste mannelijke solo-artiest werd die de nummer 1-positie bereikte met zijn single Fill me in. Ook het album Born to do it ging regelrecht naar de nummer 1-stek en Craig David werd overladen met MOBO-awards. In 2004 zal hij ook nog de MTV-award krijgen voor beste R&B-zanger. Ondertussen staat de cd-teller reeds op 4. Opvolger voor zijn debuut werd Slicker than your average, wat meer neigde naar de Amerikaanse R&B-cultuur. In 2005 stapt hij over naar de Warner-platenmaatschappij en maakt hij het persoonlijke The story goes…. In het numer Johnny vertelt hij het verhaal over hoe hij vroeger als jongen werd gepest en zijn ouders er te weinig aandacht aan schonken. Eind november 2007 kwam zijn vierde album Trust me uit, maar het grote succes lijkt voor Craig David een beetje voorbij te zijn. Toch neemt dit niet weg dat ik ongelofelijk fan blijf van zijn zoete stem. Eén van de nummers waar dit perfect tot uiting komt, is Walking away. Het vertelt het verhaal over een jongen die zijn vriendin verlaat omdat ze geen geloof in hem heeft en wordt gekenmerkt door enkele straffe tekstlijnen. Maar het is vooral zo’n zalig gezongen liedje dat het één van mijn favorietjes uit mijn tienerjaren is geworden.



88. Bill Withers & Grover Washington Jr. – Just the two of us

Eén van de knapste, meest warme stemmen aller tijden is voor mij deze van Bill Withers. Ik kan niet zingen, maar moest ik kunnen zingen, dan zou ik wensen dat ik een stem als deze van Bill Withers had. Bill Withers wou altijd graag zanger worden, maar had eigenlijk weinig geloof in de muziekindustrie. Zo stuurde hij demo’s op naar platenfirma’s toen hij nog werkte in een fabriek in Lockheed waar men toiletten maakte voor Boeings 747. Toen hij werd opgepikt door een platenfirma bleef hij toch in de fabriek werken omdat hij de muziekwereld een grillige wereld vond en hij zichzelf nog als een groentje zag in tegenstelling tot de gevestigde waarden. Toch zou hij zelf in de jaren ’70 uitgroeien tot een gevestigde soulwaarde en scoorde redelijk wat hits. Midden jaren ’70 stapt hij over naar Columbia Records, maar de samenwerking begon na een tijdje stroef te lopen. Hij richtte zijn aandacht dan ook op meer samenwerking met andere artiesten. Zijn meest gekende samenwerking is deze single met Grover Washington Jr. die in 1982 beloond werd met een Grammy voor beste R&B performance. Het is en blijft voor mij een ongelofelijk knap nummer met het fijne saxofoonspel van Grover Washington en die warme stem van Bill Withers. Het is altijd een beetje wegsmelten als ik dit nummer hoor.



89. George Harrison – My Sweet Lord

Wie denkt aan de Beatles, denkt op de eerste plaats aan John Lennon en Paul McCartney. George Harrison leefde eigenlijk altijd in de schaduw van de twee, alhoewel hij op elke plaat zelf ook een tweetal nummers schreef en inzong. Het is pas eind jaren ’60 met het Abbey Road-album en de singles Something en Here comes the sun dat hij echte appreciatie kreeg van de pers en het publiek. Levend in de schaduw van de twee andere Beatles schreef George in de loop der jaren heel wat liedjes bij elkaar. Dat zou na de split van de Beatles leiden tot het drievoudige album All things must pass. Het was meteen de eerste keer in de rockgeschiedenis dat een artiest een drievoudig album op de markt bracht. En George Harrison schreef nog meer records op zijn naam. Hij was de eerste Beatle die na de split tot nummer 1 geraakte in de Engelse charts en dit met deze My Sweet Lord. Hij zou ook de eerste Beatle worden die een tournee doorheen Amerika organiseerde en zou één van de eerste artiesten worden die een massa-evenement opzette voor een goed doel, namelijk hulp na de overstroming in Bangladesh. In zijn nummer My Sweet Lord verwerkt hij interesse voor God en vooral de Hindoeïstische cultuur. Het nummer is doorweven van de Hara Krishna’s en dat maakt het nummer hypnotiserend. Hij mag dan wel een beetje de vergeten Beatle zijn, met dit lied en de rest van carrière bewees hij dat hij perfect naast John Lennon en Paul McCartney kon staan.



90. The Beatles – Help!

Wie kent The Beatles nu niet? De basis van de groep werd reeds in 1957 gelegd toen John Lennon de band The Quarrymen oprichtte. Na een paar maanden kwamen ze in contact met de gitarist Paul McCartney en die sloot zich kort nadien aan bij de groep. In 1958 vroeg Paul aan George Harrison, die hij kende van op de bus die hen naar school bracht, of hij de leadgitarist wou worden van de band. Eind jaren ’50 veranderde de band even vaak van samenstelling als van naam (zoals Long John and The Beatles of The Silver Beetles). Uiteindelijk werd de naam in augustus 1960 voor het laatst veranderd in The Beatles. De naam zou een woordspeling zijn tussen beetle (een verwijzing naar de band van Buddy Holly, The Crickets) en beat. De oorspronkelijke drummer van de band was Pete Best, maar die zou in 1962 na het missen van een aantal verplichtingen opzij gezet worden voor Ringo Starr. En in deze formatie veroverde de band de hele wereld en de hype werd een echte Beatlemania. Op het hoogtepunt van die Beatlemania schreef John Lennon deze hit Help!. Hij drukt in deze single zijn gevoelens van stress uit die hij had toen de band na jarenlang in de anonimiteit te hebben moeten spelen plots overrompeld werd door het enorme succes. Door die oprechtheid vond hij altijd dat deze single samen met Strawberry Fields Forever de enige twee singles waren die hij “echt” geschreven had. Hoewel hij het nummer iets minder up-tempo wou, heeft de single de aanstekelijke ‘50’s rock & roll-stijl die zo typisch was voor de beginperiode van The Beatles. Voor mij één van hun leukste meezingers.


Labels: