zaterdag, juli 08, 2006

Burengenot

Wat zingt Pita deze dagen nu weer? Het is zomer, iedereen komt naar buiten. En ze hebben gelijk. Het was de voorbije weken zomer en dat betekende dat iedereen naar buiten kwam. Ik heb mij regelmatig in de zon of onder de parasol geïnstalleerd hier in de tuin en genoten van de zon. Maar ik kwam niet alleen naar buiten natuurlijk. Ook de buren hebben zich de voorbije weken buiten geplaceerd. Met sommige gevolgen vandien.

Ik woon in een wijk. Geen ghettowijk of ook geen poepchique wijk vol met villa’s. Neen, ik woon in een doodgewone Vlaamse wijk met gewone huisjes en gewone tuinen. De woningen hangen ook niet allemaal aan elkaar als rijhuizen, maar het zijn halfopen bewoningen, waarvan het territorium met de nodige hagen, dennen, tuindraden en dergelijk van mekaar worden gescheiden. Maar dat alles heeft geen effect op het feit dat je de buren nog hoort en u hierdoor toch nog welbepaalde dingen kan voorstellen.

Bovendien hebben wij en onze ene buren de grenzen een beetje opengegooid. Enerzijds uit pure noodzaak. Sommige sparren stonden hier ondertussen al twintig jaar, maar waren eigenlijk ten dode opgeschreven waardoor ze werden gerooid. Anderzijds hebben onze buren hun tuin helemaal laten heraanleggen en kozen voor een zo open mogelijke ruimte met veel lichtinval en daarvoor moesten ook bij hen de nodige bomen en heggen sneuvelen. Gevolg is dat we onze privacy toch grotendeels hebben moeten prijsgeven en dat we nu ongegeneerd bij elkaar kunnen binnenkijken.

Zelf ben ik nogal op privacy gesteld, maar het is soms toch heel aanlokkelijk om eens bij de buren te piepen wat zij aan het doen zijn. Een beetje een Big Brother-gevoel dus. Maar je zou denken, Big Brother maar dan zonder het nodige naakt. Dat was vorige week toch wel even niet het geval. Herinnert U zich nog vorig week toen we met zijn allen zaten te puffen en de temperatuur boven de dertig graden piekte. Ik wou genieten van mijn rustige zaterdagnamiddag en had mij dus een mooi plaatsje gereserveerd in de tuin met mijn mp3-speler (waarop de geweldige nieuwe cd van Nelly Furtado door de oortjes klonk) en met een goed boek (Moordenaar zonder gezicht van Henning Mankell die ik ging uitlezen om dan aan De witte leeuwin van dezelfde auteur te beginnen).

Je moet u dus voorstellen dat ik daar knus in de zon zat toen de buurman ook buitenkwam. Een vriendelijk knikje en een klein woordje over het warme weer uitwisselen en dan elkaar de rust van de eigen tuin gunnen. En dan maakt de buurman zich klaar om te gaan zonnen. Ik verdiep mij terug in mijn boek, maar na een hoofdstuk te hebben gelezen, wil ik mij iets te drinken gaan halen. Ik merk ondertussen dat mijn buurman zich al van T-shirt heeft ontdaan en in zwembroek of een wel zeer kleine slip aan het zonnebaden is. Ik ga terug naar binnen, vul mijn glas met water en stap terug naar buiten. En pardoes zie ik iets wat ik helemaal niet wil zien. Mijn buurman trekt zijn zwembroek of onderbroek of wat dan ook uit om spiernaakt te gaan zonnen.

What the fuck?! Is mijn buurman een verdoken bezoeker van het naaktstrand in Bredene? En dan hoor ik ineens zijn twee dochters tegen mekaar praten. Diene mens ligt daar dus in zijn bloot gat in zijn tuin terwijl zijn twee dochters erbij zijn. Net zoals ik mijn moeder niet echt naakt wil zien, vermoed ik dat zij hun vader toch niet echt in zijn bloot gat willen zien. Of wel? Moet ik mij nu zorgen beginnen te maken over mijn buren? Hebben zij ook allerlei geheimen en rare gewoontes die je niet wilt weten zoals de vrouwen in Wisteria Lane? En wat zou er gebeuren als de schoonmoeder nu eens op bezoek zou komen en in plaats van de voordeur te nemen meteen langs achteren naar binnen gaat? Een lekker genant moment! Helaas werd me dat plezier niet gegund. En waarom kan dat niet een van die dochters of een andere mooie meid zijn die daar naakt ligt te bruinen? Een vreemd moment dus, waarbij ik spontaan de spar en de haag mist.

Dat zijn de buren aan de ene kant. Goede buren voor de rest hoor, maar dat exhibitionistisch trekje kende ik niet. Aan de andere kant van de tuin hebben we dan weer slechte buren. En als ik slechte buren zeg, dan bedoel ik dus écht slechte buren. Mensen die niet veel kunnen verdragen. Ge moet met vrienden geen levendig gesprek hebben waarbij er al eens iets geroepen wordt naar mekaar, want na twee keer roepen, beginnen ze zelf luid naar mekaar te roepen, halen ze de zware grasmachine of bosmaaier naar buiten, worden er met deuren geslagen om te laten weten dat ze het niet appreciëren dat we hun rust verstoren of wordt de politie al eens gebeld. Dat laatste hebben wij zelf nog niet meegemaakt, maar wel ons andere buren. Op het einde van juli zijn er in de Faluintjesstreek de folkloristische Pikkelingfeesten waarop er allerlei groepen van buitenlandse origine op afkomen die bij gastgezinnen blijven. En een paar zomers geleden was er een Mexicaanse groep bij onze buren die te horen waren gekomen dat onze buren juist die periode x jaar getrouwd waren. En spontaan begonnen ze een paar liedjes te zingen met heel de groep. Het was echt heel tof, want we kwamen spontaan ook eens kijken, maar onze andere buren dachten er anders over. Na een drie kwartier kwam de politie eens een kijkje nemen na een zogenaamd anoniem telefoontje en gelukkig konden ze met eigen ogen zien en met eigen oren horen dat de Mexicanen niets verkeerd deden.

Gezellige buren dus aan de andere kant van de tuin. Ik kan nog een paar verhalen over hen vertellen, maar ik beperk mij tot het verhaal van vorige dinsdag. Het was plakkerig en zwoel en na het werk rustte ik een beetje uit in de tuin. En de buren zaten ook buiten. Gelukkig hebben we aan die kant wel nog sparren zodat we hen niet hoeven te zien, maar horen doen we ze nog maar al te goed. En blijkbaar had de alcohol toegeslagen bij de mannelijke buur, want hij was precies een beetje aangeschoten. Met alle gevolgen vandien, want ik hoorde hem voor de hele buurt boeren, hij begon opeens de Lambada te zingen (godzijdank terug die sparren, want ik wil er mij zelfs geen beeld bij vormen), hij begon allerlei onzinnige praat uit te slaan (“schat, nu heb ik toch wel niet voor drie dagen gegeten zeker”), …. Je moet weten dat ik sowieso al een degout heb voor dronken mensen, maar als het dan nog eens uw slecht buren zijn, dan wordt het toch wel erg genant en ergerlijk.

Het is zomer en iedereen komt dus naar buiten. Zo ook mijn buren. Met alle gevolgen vandien. Nu vraag ik mij af of ik ook zulke rare gewoontes heb. Of dat ik ook bepaalde acties en handelingen doe waarvan mijn buren denken dat deze toch wel heel genant zijn. Ik weet het niet van mezelf. Ik boer niet voor de hele buurt. Ik ga ook nooit in mijn bloot gat in de tuin gaan liggen, zelfs mijn T-shirt blijft altijd aan. Niet alleen omdat ik niet echt het figuur heb om zonder T-shirt rond te lopen, maar vooral om geen zonneslag op te lopen. Het enigste wat de buren raar kunnen vinden is dat ik steeds wanneer er een onweer opduikt ik in het midden van de tuin sta om de wind rond mij heen te voelen en te wachten op die eerste bliksem en donder. Of ben ik gewoon te verlegen om in mijn eigen tuin echt mezelf te zijn zonder te denken aan het feit dat de buren u kunnen zien of horen? Of neem ik gewoon teveel dingen waar in mijn omgeving die ik beter niet zou waarnemen? Misschien, maar soms kan mensen observeren heel interessant en plezant zijn. Maar bij mijn buren zorgt het vooral voor plaatsvervangende gene. Maar laat dat alstublieft voor de zomer geen excuus zijn om nu al te verdwijnen. Laat die zonnige en warme dagen maar blijven komen!